07 - Chapitre 5 - F lire

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

qui de vous.....

• qui mange deux fruits par jour?
• qui bois surtout de l'eau?
• qui s'entraine trois fois par semaine?
• qui joue à la console 1 à 3 heures par jour?
• qui a toujours son portable, même la nuit?
• qui n'aime pas les légumes?
• qui apprend son vocabulaire tous les jours?

qu'est-ce qu'on va faire?

• Révision (terugblik)
• E regarder 'épisode #4'
• F lire 'être en forme, comment faire?'

• hier - jeudi
• aujourd'hui - vendredi

Contrôle phrases-clés + passé composé kies één van de twee en ga het nu maken. Over 10 minuten weer terug

LET OP ga aan het werk, doe het geconcentreerd, lever kwaliteit in

F lire - page 30

waar gaat deze paragraaf over?

noem de 3 leerdoelen

exercice 24a page 30

wat voor informatie zie je?

waar staat belangrijke informatie?

waar staat de hoofdgedachte van een tekst meestal?

wat is het onderwerp van de tekst?

wie wordt bedankt in de laatste zin en door wie?

wat is de hoofdgedachte?

au travail! (aan het werk)

-> kom terug om 13.10 <-

wie blijft?

ik ga 24b,25c,26c maken

welke woorden ken je die met gezond zijn
te maken hebben?
(in het Frans uiteraard)

kijk naar vocabulairelijst F page 41  - rechter kolom

welke lichaamsdelen ken je al?
(in het Frans uiteraard)

kijk naar vocabulairelijst E page 41 - rechter kolom

Bon weekend! À mardi

🤝👋🏻🤝👋🏻