de griekse polis; staatsvormen

De Griekse wereld kende vijf bestuursvormen

Monarchie
Tirannie
Aristocratie
Oligarchie
Democratie

1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

De Griekse wereld kende vijf bestuursvormen

Monarchie
Tirannie
Aristocratie
Oligarchie
Democratie

Slide 1 - Diapositive


De Atheense 
democratie




  • In Athene was het volk de baas
  • Er werd gestemd over belangrijke beslissingen.
  • Dat was niet altijd zo geweest...

Slide 2 - Diapositive


Democratie?!




  • Niet helemaal...
  • ...alleen mannelijke burgers (ongeveer 16% van de bevolking) 
  • Vrouwen, slaven en vreemdelingen mochten niet meepraten.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Monarchie 


  • \

  • Koning en erfopvolging
  • Alleenheerschappij
  • Raad van ouderling geven advies
Tirannie




  • Alle macht bij een persoon
  • Verkregen door anderen uit te schakelen (staatsgreep)
  • Zijn wil is wet, harde hand.

Slide 5 - Diapositive

Olicharcie 


  • j

  • Lijkt op aristocratie
  • Aanzien is niet belangrijk
  • Bezit bepaald of je mag besturen
Aristocratie




  • Kleine groep machthebbers
  • bevoorrecht door afkomst en aanzien
  • Uit adelijke families

Slide 6 - Diapositive


Vaak de eerste staatsvorm in een polis
Staatsvorm waarbij de macht bij een persoon ( koning) ligt
Macht is erfelijk
Koning heeft verantwoordelijkheid over het bestuur 


Staatsvorm waarbij de macht ook bij een persoon ligt, maar waarbij hij deze macht niet legitiem (wettig) heeft verkregen.  
Is vaak in het begin populair (omdat hij een ongewenste situatie heeft opgelost)


Regering van de adel. 
Kleine groep mensen had de macht en beslissen


Regering van een kleine groep die niet perse van adel zijn. (bijvoorbeeld de slimsten of rijksten)


Belangrijke politieke beslissingen in de stad werden genomen door een volksvergadering (alleen mannen, van 30+). Vrouwen, slaven, vreemdelingen waren uitgesloten van deelname. 




Monarchie


Tirannie


Aristocratie


Oligarchie


Democratie

Slide 7 - Question de remorquage

Maak de juiste combinaties:
1: Democratie A: Een koning heeft de macht
2: Aristocratie B: Het volk heeft de macht
3: Monarchie C: De adel heeft de macht
4: Tirannie D: Met geweld de macht gegrepen
A
1B, 2A, 3D, 4C
B
1B, 2C, 3A, 4D
C
1A, 2B, 3C, 4D
D
1D, 2C, 3B, 4A

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive