Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
de 1e, 3e en 4e naamval
woorden van de der-groep en ein-groep
+
Persoonlijke voornaamwoorden
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
1. Je kent de 1e, 3e, 4e naamval van de der- en ein-groep
2. Je weet hoe je deze moet toepassen.
3. je kunt ook de persoonlijke vnw. toepassen in de 1e, 3e en 4e naamval
Slide 2 - Diapositive
Repetitie cijfers zijn ingevoerd.
Cijfers voor de presentatie opdracht worden ingevoerd in de kolom vaardigheden als je de leestoets en luistertoets hebt gemaakt. Deze telt namelijk 2x en het invoeren van alleen het cijfer voor de muziekopdracht geeft een vertekenend beeld.
Compliment aan iedereen die de repetitie goed gemaakt heeft en dit op eigen kracht heeft gedaan! Ook een compliment aan de klas voor de presentatie -opdracht.
Slide 3 - Diapositive
Lernziel:
Ik kan het persoonlijk voornaamwoord in de 1e, 3e en 4e naamval gebruiken.
Ik kan de ein- en der-Gruppe in de 1e,3e, en 4e naamval gebruiken.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Wat is het ONDERWERP in deze zin? Mein Neffe hat Kopfschmerzen
Slide 6 - Question ouverte
Wat is het LIJDEND VOORWERP in deze zin?
Die Schüler müssen eine Prüfung machen
Slide 7 - Question ouverte
Wat is het MEEWERKEND VOORWERP in deze zin?
Der Katze habe ich etwas zu fressen gegeben
Slide 8 - Question ouverte
Der Gruppe & Ein Gruppe
Slide 9 - Diapositive
Er kauft ein.. interessantes Buch (o)
A
eines
B
einem
C
ein
D
eins
Slide 10 - Quiz
Der Junge (m) gibt d.. Mädchen (o) ein.. Kuss (m)
A
das, einem
B
dem, einen
C
das, ein
D
dem, einem
Slide 11 - Quiz
De bezittelijke voornaamwoorden horen bij de EIN Gruppe!
Slide 12 - Diapositive
D.. Eltern (mv) schenken ihr.. Sohn (m) Geld
A
die, ihren
B
der, ihren
C
der, ihr
D
die, ihrem
Slide 13 - Quiz
Mein Vater (m) gibt unser.. Lehrer (m) ein.. Hand (v)
A
unserem, eine
B
unserem, einer
C
unseren, einer
D
unser, eine
Slide 14 - Quiz
Und jetzt üben!
ga naar online K4 - Grammatik
Maak alle opdrachten Grammatik
NAAMVALLEN & VOORZETSELS
PERSOONLIJK VOORNAAMWOORD
tip: gebruik de knop NASLAG en kijk bij 17 naamvallenschema!!!!