Essen
1 / 31
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
welk typisch Duits eten ken jij?
Slide 3 - Carte mentale
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
welke 7 dingen heb je nodig?
Slide 7 - Carte mentale
Wat is Schmalz in het Nederlands?
A
boter
B
zout
C
meel
D
eieren
Slide 8 - Quiz
Wat doet Saffran?
A
geeft smaak
B
geeft kleur
C
geeft geur
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Welk gerecht komt niet uit Duitsland?
A
Currywurst
B
Schnitzel
C
Schweinebraten
D
Kohlroulladen
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Welk gerecht komt niet uit Duitsland?
A
Nußschnecke
B
Donauwelle
C
Berliner
D
Sachertorte
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Welke drank komt niet uit Duitsland? (meerdere antwoorden zijn juist)
A
Almdudler
B
Kiba
C
Bier
D
Rivella
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Vidéo
Wat zegt de Duitse bakker over Nederlands brood?
A
ziet er heerlijk uit
B
het smaakt niet goed
C
het voelt als rubber
D
hij vindt het een grap
Slide 23 - Quiz
Slide 24 - Diapositive
die Sahne =
A
de room
B
de slagroom
C
de suiker
D
de melk
Slide 25 - Quiz
der Kuchen =
A
de keuken
B
de keukens
C
de taart
D
de koek
Slide 26 - Quiz
das Frühstück =
A
de lunch
B
het diner
C
het ontbijt
Slide 27 - Quiz
de schnitzel =
A
der Schnitzel
B
das Schnitzel
C
die Schnitzel
D
Schnitzel
Slide 28 - Quiz
de koffie =
A
der Tee
B
die Kaffee
C
das Kaffee
D
der Kaffee
Slide 29 - Quiz
de vork =
A
der Gabel
B
die Gabel
C
die Gabeln
D
das Gabel
Slide 30 - Quiz
de aardappelen =
A
die Pommes
B
die Nudeln
C
die Kartoffel
D
die Kartoffeln
