2V - oefenen voor repetitie

• Godsdienst
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Waarom werd Zacheüs door de mensen buitengesloten?

1. Omdat hij teveel belasting vroeg
2. Omdat hij geld in zijn eigen zak stak
3. Omdat de mensen een hekel hadden aan tollenaren
4. Omdat hij zo blind was

Als Jezus zieken geneest, valt het volgende op:

1. Hij geneest mensen die eigenlijk niet te genezen zijn
2. Jezus stuurt soms mensen weg
3. Hij gebruikt hulpmiddelen of formules
4. het kost geld

Hoe was de band tussen Joden en Samaritanen?

1. Goede band, vriendschappelijk
2. Neutraal, gingen wel met elkaar om maar geen vrieden
3. erg veel haat

Wat is niet waar over Samaritanen?

1. Zij werden niet als echte Joden gezien
2. Zij hadden een andere mening over de tempel
3. Zij waren achtergebleven toen Israël in ballingschap ging
4. Zij zagen net als de Joden de Tenach als Woord van God.

Waarom was het bijzonder dat Jezus in gesprek ging met de Samaritaanse vrouw?

1. Mannen mochten niet met vrouwen praten
2. Joden en Samaritanen haatten elkaar
3. Deze vrouw was verstoten door haar vrienden/familie
4. Alle drie zijn waar

Wat beloofde Jezus aan de Samaritaanse vrouw?

1. Eeuwig leven
2. Levend water
3. opnieuw mogen beginnen

Wat mankeerde Bartimeüs voordat Jezus hem genas?

1. Hij was kreupel
2. Hij had een demon
3. Hij was blind
4. Hij zat onder de zweren

Waardoor wordt Bartimeüs weer ziende?

1. Jezus geneest iedereen
2. omdat hij gelooft dat Jezus de koning is
3. omdat hij een groot geloof heeft
4. het heeft niets met geloven te maken

Waaraan kon je zien dat Legioen bezeten was door een kwade macht?

1. hij was enorm sterk, niemand kon hem aan
2. hij woonde helemaal alleen
3. hij sloeg zichzelf met stenen
4. alle drie zijn waar

Waaraan was te merken dat Legioen niet meer bezeten was?

1. Hij kon weer praten
2. Hij had weer kleren aan
3. Hij kon weer in een huis wonen
4. Alle drie zijn waar

Welke gebeurtenissen vonden plaats op Witte donderdag? (duid er 2 aan)

1. Jezus sterft
2. Laatste avondmaal
3. Voetwassing
4. Jezus wordt verraden door Judas.

Palm-

pasen

Stille zaterdag 

Goede vrijdag 

Witte donderdag 

Pasen

Jezus sterft

Jezus staat op uit de dood

Laatste avondmaal 

Jezus gaat naar Jeruzalem 

Jezus ligt in het graf

Palmpasen is

1. de zondag voor Pasen
2. De tweede Paasdag
3. hetzelfde als Goede Vrijdag
4. Het begin van de vastentijd

Goede Vrijdag heet zo, omdat...

1. Het goed was om een oproerkraaier als Jezus op te hangen
2. Pilatus op die dag nog eens iets goeds deed voor de Joden
3. Jezus stierf voor de zonden van de mensheid
4. Het goed is om op vrijdag geen vlees, maar vis te eten

Wat is de juiste volgorde?

1. 1.Palmzondag, 2.witte donderdag, 3. goede vrijdag, 4. stille zaterdag, 5.Pasen
2. 1.Palmzondag, 2.stille donderdag, 3. goede vrijdag, 4. witte zaterdag, 5.Pasen
3. 1.Palmzondag, 2.witte donderdag, 3. droevige vrijdag, 4. stille zaterdag, 5.Pasen
4. 1.Pasen, 2.witte donderdag, 3. goede vrijdag, 4. stille zaterdag, 5.Palmzondag

Welke dag in de Stille Week is de belangrijkste dag in het christendom?

1. Witte donderdag
2. Goede Vrijdag
3. Stille Zaterdag
4. Pasen

Wat vieren de christenen met Pinksteren?

1. De geboorte van Jezus.
2. De komst van de heilige geest.
3. De opstanding van Jezus.
4. De kruisdood van Jezus.

Wat hoort niet bij Pinksteren?

1. geluid van storm
2. vlammen op hoofden
3. vreemde talen spreken
4. offeren in de tempel

Welke uitspraak over Paulus is NIET waar?

1. Hij vervolgde eerst de christenen
2. Hij ontmoette Jezus op een bijzondere manier
3. Hij maakte 3 grote wereldreizen
4. Hij schreef de minste brieven in het Nieuwe Testament

Uit welke 2 dingen bestaat het avondmaal?

1. Water en brood
2. Wijn en brood

Op welke dag werd het laatste avondmaal gevierd?

1. Palmzondag
2. Witte donderdag
3. Goede vrijdag
4. Stille zaterdag

Kerst

Goede vrijdag

Pasen

Hemelvaart

Pinksteren

Witte donderdag

Goede vrijdag

Stille zaterdag

Pasen

Palmpasen

Wanneer is de Heilige Geest gekomen?

1. Hemelvaart
2. Pasen
3. Pinksteren
4. Kerst

Wat deden de leerlingen toen ze de Heilige Geest kregen?

1. Ze gingen bidden
2. Ze schaamden zich niet meer voor God en praatten over Hem
3. Ze zochten bescherming vanwege de aardbeving
4. Na de aardbeving gingen ze vol van de Geest boodschappen doen.