LE 3 les 3

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

LE 3 les 3

                                 Spieren buik

                             middenrif 

                                     extremiteiten

Planning

Herhalen

Vragen over huiswerk?

Leerdoelen
Theorie
Opdracht
Evaluatie
Huiswerk

Aan het hoofd zijn een aantal spieren te onderscheiden. Welke is ONJUIST

1. mimische spieren
2. nekspieren
3. tongspieren
4. oogspieren

mimische spieren;

kauwspieren;

tongspieren;

oogspieren.

De halsspieren zijn een voortzetting van?

1. borstspieren
2. tongspieren
3. rugspieren
4. armspieren

romp met de schoudergordel wordt verbonden door de

1. m. pectoralis minor
2. m. pectoralis major
3. m. cleidomastoideus
4. m. masseter

romp met de schoudergordel

Belangrijke borstspieren zijn de
m. intercostalis ofwel...

1. ademhalingsspieren
2. monnikskapsspier
3. hartspier
4. tussenribspieren

Vragen over het huiswerk? 

Mimiek, aangezicht en romp

Noem minstens vier bewegingen die je met je mimische spieren kun uitvoeren

Fronsen van je voorhoofd, wenkbrauwen optrekken, lippen tuiten, glimlachen, neusvleugelen, ogen vernauwen enzovoort

dit was opdracht 7 HET HUISWERK

Lesdoelen

Aan het einde van de les kun je in een plaatje de spieren van het middenrif de buik aanwijzen en  de namen ervan noemen

Aan het einde van de les kun je in een plaatje de spieren van de schoudergordel, arm en hand aanwijzen en de namen ervan noemen

Aan het einde van de les kun je in een plaatje de spieren van het bekken, been en voet aanwijzen en de namen ervan noemen

Theorie

Het middenrif ofwel diafragma.

Vormt de scheiding tussen borstholte en buikholte

Het middenrif is koepelvormig. Dak is een platte pees = peesplaat (centrum tendineum) 

Vanaf de peesplaat waaiert een spier uit. 
Vast aan: borstbeen, ribbenboog, zwevende ribben en aantal wervels. 

Ademen

In rust is de koepel van het middenrif hoogst. 
Trekt de middenrifspier samen gaat de koepel naar beneden en dan wordt borstholte groter en ademen we in. 

3 openingen in het middenrif voor: vena cava inferior, aorta en oesophagus

Buikspieren

Stevige wand aan de voorkant van je lichaam; buikwand
Buikwand zit tussen  de borstkas en het bekken. 4 lagen
rechte buikspier
dwarse buikspier
binnenste schuine buikspier

buitenste schuine buikspier

Zoek eens op hoe deze spieren in het latijn heten

De rechte buikspier (m. rectus abdominis) loopt in twee banen, links en rechts van het midden, vanaf de ribbenboog naar het schaambeen.

Aan de zijkant van de buikholte liggen aan beide kanten drie buikwandspieren als spierplaten over elkaar heen. Ze lopen vanaf de wervelkolom en het bekken naar de rectusschede en de ribben. De diepst gelegen spier is de dwars verlopende dwarse buikspier (m. transversus abdominis). De dwarse buikspier speelt een grote rol bij de buikpers.

De middelste en oppervlakkigste spierplaten zijn de binnenste schuine buikspier (m. obliquus internus abdominis) en de buitenste schuine buikspier (m.obliquus externus abdominis). Deze twee spierplaten gebruik je bij het zijwaarts buigen en strekken van de romp.

De bekkenbodemspier

De bekkenbodem (diafragma pelvis) is de bodem van de buikholte. Deze bestaat uit een aantal bekkenbodemspieren. De spieren zitten vast aan de binnenranden van het bekken. De bekkenbodem heeft een aantal doorgangen: een voor de endeldarm, een voor de urinebuis en bij de vrouw een voor de vagina.

Waar is deze spier zo belangrijk voor? Koppel het aan je toekomstig vak. Als deze spier niet goed werkt heeft een zorgvragen last van...

Spieren van schoudergordel, arm en hand

De spieren van de schoudergordel, de arm en de hand zijn vrij lang en slank. Ze zorgen voor een zo groot mogelijke reikwijdte van de arm en voor de grijpfunctie van de hand. De meeste spieren komen in antagonistische paren voor. 

Op grond van de beweging die ze maken zijn er 5 groepen gemaakt

1)spieren van de schoudergordel die de arm ten opzichte van de romp bewegen;

2)spieren die het opperarmbeen ten opzichte van de romp bewegen;

3)spieren die de onderarm ten opzichte van het opperarmbeen bewegen;

4)spieren die de hand en vingers ten opzichte van de onderarm bewegen;

5)spieren in de hand die de vingers bewegen.

Spieren van bekkengordel, been en voet

De spieren van bekkengordel, been en voet zijn vrij zwaar en sterk, vergeleken met de spieren van de bovenste ledematen. Dat moet ook wel, want ze zorgen voor de voortbeweging en de stabiliteit van het hele lichaam.

De spiergroepen van bekkengordel, been en voet zijn

spieren die het dijbeen ten opzichte van de romp bewegen;

spieren die het onderbeen ten opzichte van het dijbeen bewegen;

spieren die de voet en de tenen ten opzichte van het onderbeen bewegen;

spieren in de voet.

De grote bilspier

De grote bilspier (m. gluteus maximus) is een sterke spier aan de achterkant van het bekken. Hij loopt van het darmbeen naar het dijbeen. Met deze spier strek je het heupgewricht, zodat je rechtop staat. Ook gebruik je de spier om je dijbeen naar buiten te draaien en naar achteren en opzij te zwaaien

De spier waarin injecties worden gegeven, waarom dan?

Opdracht

Lees de samenvatting door uit Thieme

Noteer of je hier een vragen over hebt
ben je klaar ga je verder met opdracht 8,9,10

Opdracht

.Opdrachten uit TM eDition

• ANF13 Stevigheid en beweging

Hoofdstuk 2. Spieren

Maak opdrachten 8,9 en 10

Opdracht nabespreken

Huiswerk

 Anatomie en fysiologie: 9.Huid

Hoofdstuk 1. Bouw en functie van de huid

Paragraaf 1.1 Bouw en functies van de huid t/m 1.2 Bouw van de huid

vanaf blz. 259 tot 266, tot paragraaf 1.3 Doorbloeding van de huid