Week 44: Werkwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 1

Welkom!

• Telefoon in de telefoontas.
• Ga rustig op je plek zitten.
• Leg je werkspullen op tafel.
• Leg je boek op tafel.

Wat gaan we vandaag doen?

• Bijkletsen (5 minuten)
• Lezen (10 minuten)
• Woord van de dag (10 minuten)
• Uitleg §1 Werkwoord (10 minuten)
• Zelfstandig aan de slag (15 minuten)

10 minuten lezen!

Leerdoel

Je leert deze les wat werkwoorden zijn en hoe je ze kan herkennen.

Grammatica §1: Werkwoord

• Wat is een werkwoord?
• Een werkwoord is een woordsoort dat aangeeft wat iets of iemand doet.
• Voorbeelden:

Grammatica §1: Werkwoord

• Sommige werkwoorden hebben een onduidelijke betekenis (onregelmatige werkwoorden):
• hebben, kunnen, moeten, mogen, worden, zijn of zullen.

Grammatica §1 Werkwoord

• Hoe herken je een werkwoord?
• Een werkwoord kan je vervoegen:
• ik, jij, hij, wij

Zelfstandig aan de slag!

• Maak opdracht 1 t/m 4 van Grammatica §1: Werkwoord.
• Boek: blz. 198
• Ben je eerder klaar? Werk door!
• Heb je het niet af? Kan je hier morgen mee verder!

Wat is een werkwoord?

Hoe kan je een werkwoord herkennen?