Onderwerp

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Vorige les

- Persoonsvorm

- Werkwoordelijk gezegde

Wat weet je nog over de persoonsvorm?

Wat weet je nog over het werkwoordelijk gezegde?

Wat weet je over het onderwerp?

Onderwerp

Wie of wat doet iets in de zin.

Je vindt het onderwerp door te vragen:

wie/wat + werkwoordelijk gezegde

Willem fietste naar school

Wat is de pv?

Wat is het wwg?

Wat is het onw?

Hij liet Roos niet uitpraten

Wat is de pv?

Wat is het wwg?

Wat is het onw?

Ik leer het onderwerp te vinden.

Wat is het onderwerp?

1. Ik
2. leer
3. het onderwerp
4. vinden

Als onderwerp voor hun werkstuk kozen ze pooldieren.
Onderwerp=

1. Als onderwerp
2. pooldieren
3. kozen
4. ze

Wat is het onderwerp?

Mevrouw Van Til legt het onderwerp uit.

1. Mevrouw Van Til
2. legt
3. het onderwerp
4. uit

Groep 7/8 leert het onderwerp vinden.

Wat is het onderwerp?

1. groep 7/8
2. leert
3. het onderwerp
4. vinden

Ik kom vanavond een uurtje later.
Wat is het onderwerp in deze zin?

1. een uurtje = onderwerp
2. ik = onderwerp

Oefenen

Link

Link 

Link

Klaar?

blz. 71 - opdr. 9 en 10

Volgende les

- Splitsbare werkwoorden