les roken

• Nask / Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Roken

In deze les leer je :

• over de gevolgen van roken voor de gebruiker
  

• je  eigen mening te vormen over roken

Roken
Waar denk je aan?

Tabaksplant

Tabaksproducten

Waar komt tabak vandaan?

In tabaksrook zitten meer dan 4000 chemische stoffen, waarvan er zeker 40 kankerverwekkend.

3 schadelijke stoffen

1. Nicotine
2. Teer
3. Koolstofmonoxide

Gevolgen:

 Je longen zitten vol teer, er komt  minder zuurstof in je spieren.

Gevolgen:

Je bent snel moe tijdens het sporten of traplopen.

Gevolgen:

je tanden worden geel

Gevolgen:

je krijgt een rokertsgebitje

Gevolgen:

Je vingertoppen worden geel

Gevolgen:

de muren in huis worden geel

Gevolgen:

je haar en kleding stinken naar rook

Gevolgen:

grauwe en gele huid, Nicotine vernauwt de bloedvaten in de huid, waardoor er minder zuurstof en belangrijke voedingstoffen vervoerd kan worden.

passief / mee roken  

meeroken

gevolgen

Zamenhof

Rookvrije school

Een gewoonte is:

Afhankelijkheid of verslaving betekent:

10 verborgen gewoonten

Wel of niet roken? 3 redenen

Welke afspraken zijn bij jou thuis gemaakt over roken?

Hoeveel geld kost roken?

De jongeren die dagelijks roken, steken per dag zo’n 9 sigaretten op.

Dat kost:

    €3,- per dag
    €21,- per week
    €90,- per maand
    €1090,- per jaar

€1090,- per jaar

wat kan je allemaal met dat geld kopen?

Wist je dat...

• 20 % van de jongeren van 13 en 14 rookt.

• 90 % van de gevallen van longkanker wordt veroorzaakt door roken.

• Rokers leven gemiddeld 10 jaar korter dan niet-rokers

• Jaarlijks sterven in Nederland zo'n 20.000 mensen door roken en enkele duizenden door meeroken.

1.De tabak die in een sigaret zit is puur natuur.

1. juist
2. onjuist

2.Tabaksfabrikanten kunnen de nicotine uit de tabak halen.

1. juist
2. onjuist

3.Jongeren beginnen op steeds jongere leeftijd met roken.

1. juist
2. onjuist

4.Meisjes roken meer dan jongens.

1. juist
2. onjuist

5.Van alle scholieren (12-14 jaar) roken Vmbo'ers het meest.

1. juist
2. onjuist

6.Als je rookt, krijgt je sneller verkering.

1. juist
2. onjuist

7.Passief roken is voor iedereen gevaarlijk.

1. juist
2. onjuist

8.Er mag geen reclame worden gemaakt voor sigaretten op poster in bushokjes en op tv.

1. juist
2. onjuist

9.Je mag pas sigaretten kopen als je 16 bent.

1. juist
2. onjuist

10."Light" sigaretten zijn gezonde sigaretten.

1. juist
2. onjuist

11.Hoe zit het nu met de waterpijp? Is het minder schadelijk dan het roken van een sigaret?

1. juist
2. onjuist

12.Hoe eerder je begint met roken, hoe waarschijnlijker dat je zult sterven ten gevolge van het roken

1. juist
2. onjuist

13.Het is oké om te roken als je jong bent, omdat het gemakkelijk is om te stoppen

1. juist
2. onjuist

14.Jonge rokers zijn eerder en vaker verkouden dan niet-rokers.

1. juist
2. onjuist