Meten ( cm, dm en m)

Waaraan denk je bij het woordje METEN
1 / 18
suivant
Slide 1: Question ouverte
WiskundeLager onderwijs

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Waaraan denk je bij het woordje METEN

Slide 1 - Question ouverte

De hoogte van mijn bank is ...... de hoogte van het bureau van de juffen.
A
groter dan
B
kleiner dan
C
gelijk aan

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Question de remorquage

Slide 4 - Question de remorquage

cm
dm
m

Slide 5 - Question de remorquage

1 meter is .... cm
A
10 cm
B
100 cm
C
1000 cm
D
1 cm

Slide 6 - Quiz

1 dm is ... cm
A
100 cm
B
50 cm
C
10 cm
D
1 cm

Slide 7 - Quiz

1 m is ... dm
A
10 dm
B
1 dm
C
0 dm
D
100 dm

Slide 8 - Quiz

De hoogte van de deur
is .... m
A
20
B
70
C
6
D
2

Slide 9 - Quiz

Een potlood is 15 ...
A
dm
B
cm
C
m
D
/

Slide 10 - Quiz

Een giraf is 50 ....
A
cm
B
m
C
dm

Slide 11 - Quiz

De klas is 15 ... lang
A
cm
B
dm
C
m

Slide 12 - Quiz

Wat gebruik ik het beste om de lengte mijn bank te meten?
A
brooddoos
B
gom
C
meter
D
duimspijker

Slide 13 - Quiz

45 cm = .... dm en ... cm
A
4 dm
B
5 cm
C
45 dm
D
4 dm en 5 cm

Slide 14 - Quiz

78 cm is ... dm en ... cm
A
8 dm en 7 cm
B
78 dm en 78 cm
C
7 dm en 8 cm
D
7 dm

Slide 15 - Quiz

6 dm is ... cm
A
600
B
60
C
O
D
6

Slide 16 - Quiz

3 dm en 5 cm = .... cm
A
350
B
53
C
35

Slide 17 - Quiz

7 dm is ... cm
A
70
B
7
C
700

Slide 18 - Quiz