3.4 Formule bij een tabel

Hoofdstuk 3: Grafieken en formules

Les 6: 15 december 2020
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 3: Grafieken en formules

Les 6: 15 december 2020

Slide 1 - Diapositive

Planning
- Korte herhaling van vorige les
- 3.4 Formule bij een tabel
- Aan de slag

Slide 2 - Diapositive

3.3 Regelmaat in een tabel

Slide 3 - Diapositive

3.3 Regelmaat in tabellen
Heeft deze tabel regelmaat?


Slide 4 - Diapositive

3.3 Regelmaat in tabellen
+2
+1
+3
+3

Slide 5 - Diapositive

3.3 Regelmaat in tabellen
3:2 =
1,5
3:1 =
3

Slide 6 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Maak een formule bij deze tabel

Slide 7 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Formule bij een tabel:
Variabele onder = begingetal + r.c. x variabele boven

Slide 8 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
r.c. is 
1. 4:2 = 2
2. 8:4 = 2
1
2

Slide 9 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Formule bij een tabel:
t = begingetal + 2 x a

Slide 10 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Formule bij een tabel:
t = begingetal + 2 x a

Slide 11 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Het begingetal vind je door bij de bovenste variabele '0' te hebben.
Het getal dat daar dan bij hoort is het begingetal.

Slide 12 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Formule bij een tabel:
t = 6 + 2a

Slide 13 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Wat is hier het begingetal?

Slide 14 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Is er regelmaat?
+30
+30
+30
+1
+1
+1

Slide 15 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
t = 0 geeft dan 40 - 30 = 10
+30
+30
+30
+1
+1
+1

Slide 16 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
r.c. is 30:1 = 30
+30
+30
+30
+1
+1
+1

Slide 17 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Formule:
Variabele beneden = begingetal + r.c. x variabele boven

Slide 18 - Diapositive

3.5 Formule bij een tabel
Formule:
B = 10 + 30t

Slide 19 - Diapositive

Aan de slag 
TOT 10.50 UUR AAN DE SLAG
DAARNA TERUGKOMEN VOOR DE ANTWOORDEN

Paragraaf 3.5 Blz 140
Opdracht 35, 36, 38, 41

Slide 20 - Diapositive

Antwoorden
35) Formule A = tabel 2     Formule B = tabel 1     Formule C = 3
36) a.  Lengte in cm = 80 + 5t   of     L = 80 +5t
        b.  Als Esther uitgegroeid is
38) a. Er is regelmaat, r.c. is 3
        e. Formule is       gewicht in kg = 2 + 3t     of      G = 2 + 3t
41) a. 25 euro
       b. 17,50 euro
       c. Bedrag in euro = 25 + 17,5t      of      B = 25 + 17,5t

Slide 21 - Diapositive