Nectar Hfst 2 KGT LES 15 lesson-up versie

1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Schedel
Sleutelbeen
Halswervels
Teenkootje
Rib
Heiligbeen
Handwortelbeentjes
Kuitbeen
Knieschijf
Heupbeen
Middenvoetsbeentje
Middenhandsbeentje
Dijbeen
Ellepijp
Onderkaak
Borstbeen
Voetwortelbeentjes
Vingerkootje
Spaakbeen
Schouderblad
Lendewervel
Borstwervel
Opperarmbeen
Staartbeen
Scheenbeen

Slide 4 - Question de remorquage

Gewricht
Naad-verbinding 
Vergroeide botten
Kraakbeen

Slide 5 - Question de remorquage

Sleep de namen van de onderdelen van het gewricht uit de rechter kolom naar het juiste nummer in de linker kolom.
kraakbeenlaagje
gewrichtssmeer
gewrichtskapsel
gewrichtsband
gewrichtsknobbel
gewrichtskom

Slide 6 - Question de remorquage

gewrichtsonderdeel
functie
slijtage voorkomen
gewrichtskop en -kom bij elkaar houden
gewrichtssmeer
gewrichtskapsel
gewrichts banden
kraakbeenlaagje

Slide 7 - Question de remorquage

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Welke 3 soorten gewrichten ken je?
En geef per gewricht een voorbeeld waar je het kan vinden in je lichaam.

Slide 27 - Question ouverte

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Welk nadeel heb je als zoolganger?
A
de hele zool wordt gebruikt bij het lopen
B
je zakt makkelijk weg in de bodem
C
je bent niet zo snel
D
je hebt geen knie

Slide 32 - Quiz

Safouan en Bas doen een uitspraak over topgangers;
Safouan:,, Topgangers kunnen snel rennen omdat ze hun hele voetzool gebruiken.
Bas:,, Topgangers zakken snel weg in zachte ondergrond omdat ze alleen op het topje van hun poten lopen.

Wie heeft/hebben gelijk?
A
Safouan
B
Bas
C
Safouan en Bas
D
Geen van beide

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive