les geslacht en meervoud zelfstandige naamwoorden
1 / 22
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Sleep het juiste lidwoord naar het geslacht.
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
die
der
das
Slide 2 - Question de remorquage
Welk lidwoord gebruiken we voor MANNELIJKE zelfstandig naamwoorden?
Slide 3 - Question ouverte
Slide 4 - Diapositive
Welk lidwoord gebruiken we voor VROUWELIJKE zelfstandig naamwoorden?
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Welk lidwoord gebruiken we voor ONZIJDIGE zelfstandig naamwoorden?
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Diapositive
Katze
der/die/das
1/5A
der
B
die
C
das
Slide 10 - Quiz
Restaurant
der/die/das
2/5A
der
B
die
C
das
Slide 11 - Quiz
Sohn
der/die/das
3/5A
der
B
die
C
das
Slide 12 - Quiz
Bäumchen
der/die/das
4/5A
der
B
die
C
das
Slide 13 - Quiz
Suppe
der/die/das
5/5A
der
B
die
C
das
Slide 14 - Quiz
Wat is het geslacht van:
Möglichkeit
Möglichkeit
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig
Slide 15 - Quiz
Wat is het geslacht van Dezember?
A
der
B
die
C
das
Slide 16 - Quiz
Lidwoorden
Verbind de juiste bepaalde lidwoorden met het geslacht
der
die
das
die
Mannelijke woorden
Vrouwelijke woorden
Onzijdige woorden
Meervoud
Slide 17 - Question de remorquage
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
De duitse lidwoorden
😒🙁😐🙂😃
