Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Christendom
Hoofdstuk 3
Leerjaar 1
Slide 2 - Diapositive
Programma les 7
Welkom!
Voorbereiden toets
Maken quiz
Als er tijd is: Film over het leven van Jezus
Lesdoelen:
Je bent voorbereid op de toets
VOLGENDE LES: TOETS CHRISTENDOM
Slide 3 - Diapositive
Wat moet je leren?
Leerwijzer hoofdstuk 3
Als bekend veronderstelt zijn kernbegrippen uit hoofdstuk 1 en 2: levensvraag, symbool, ritueel, monotheïsme, polytheïsme
Slide 4 - Diapositive
www.npostart.nl
Slide 5 - Lien
Slide 6 - Diapositive
levensvraag
gewone vraag
Hoe belangrijk is mijn familie voor mij?
Wat wil ik later worden?
Is de kerk het gebouw van het christendom?
Ben ik gelukkig?
Uit hoeveel leden bestaat ons gezin?
Slide 7 - Question de remorquage
Protestanten en katholieken zijn beide christelijk
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Welke beweringen over het Christendom zijn goed en welke zijn fout? (herhaling H3)
Goed
Fout
Joden en romeinen zagen Jezus als onruststoker en gevaar.
Het christendom is een monotheïstische godsdienst.
Jezus werd gezien als de messias, door de joden.
Met het tolerantie-edict maakte keizer Constantijn het christenodm een staatsgodsdienst.
Slide 9 - Question de remorquage
Noem 2 feesten van het christendom.
Slide 10 - Question ouverte
Hieronder zie je de 'Zeven Werken van Barmhartigheid'. De zeven manieren om mee te leven met mensen die het moeilijk hebben. Sleep ze naar de juiste plaatjes. Je houdt er twee over.
De hongerigen te eten geven.
De dorstigen te drinken geven.
Zij die niks hebben kleren geven.
Vreemdelingen onderdak geven.
De zieken verzorgen.
De gevangenen bezoeken.
De doden begraven.
Slide 11 - Question de remorquage
Hoe lang bestaat het Christendom?
A
1400 jaar
B
5780 jaar
C
2022 jaar
D
niet echt bekend
Slide 12 - Quiz
Wat is het belangrijkste feest bij het christendom?
A
Kerst
B
Pasen
C
Hemelvaart
D
Pinksteren
Slide 13 - Quiz
wat is geen stroming in het christendom
A
protestants
B
oosters orthodox
C
liberaal
D
rooms katholiek
Slide 14 - Quiz
Wat is 'het' symbool van het Christendom?
A
Een geopend graf (rotsgraf met weggerolde steen)
B
Een kruis
C
Een hart
D
Jezus
Slide 15 - Quiz
In het christendom worden kindjes
A
gedoopt
B
opgedragen
C
gezegend
D
gedoopt of opgedragen
Slide 16 - Quiz
Wat is de allerbelangrijkste waarde in het christendom?