Toets F.R. 1.1 t/m 1.3
1 / 22
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Sleep de gele tekst naar de goede plek.
Adel
Geestelijken
Burgers
Slide 3 - Question de remorquage
Waaraan herken je de adel op het plaatje?
Slide 4 - Question ouverte
Waaraan herken je de geestelijkheid op het plaatje?
Slide 5 - Question ouverte
Waaraan herken je de burgers op het plaatje?
Slide 6 - Question ouverte
De man op de grond wil zich bevrijden. Waarom voelde deze groep zich vastgebonden. Gebruik in je antwoord kennis die jij voor vandaag geleerd hebt uit het boek.
Slide 7 - Question ouverte
Tot de eerste stand behoren de ........
A
adel
B
geestelijkheid
C
boeren
D
burgers
Slide 8 - Quiz
Tot de tweede stand behoren de ........
A
adel
B
geestelijkheid
C
boeren
D
burgers
Slide 9 - Quiz
Denk goed na: Wat wil de tekenaar met de tekening nu duidelijk maken?
Slide 10 - Question ouverte
Bedenk een passende Titel bij deze spotprent.
Slide 11 - Question ouverte
Op de achtergrond zie je de Bastille. Beschrijf wat hier is gebeurd.
Slide 12 - Question ouverte
In welk jaar speelt deze spotprent zich af?
Slide 13 - Question ouverte
Sleep de gele tekst naar de goede plek.
Adel
Geestelijken
Boeren
Slide 14 - Question de remorquage
Wat wil de tekenaar duidelijk maken met deze spotprent?
Slide 15 - Question ouverte
Sleep het blauwe begrip naar het juiste rode begrip.
Franse Revolutie
absolutisme
tweede stand
burgerlijke stand
terreur
Adel
de Bastille
Napoleon
Lodewijk XVI
Robespierre
Slide 16 - Question de remorquage
Sleep de zinnen naar het goede vak: Past wel of niet bij Frankrijk voor de Franse Revolutie.
Past wel bij Frankrijk voor de Franse Revolutie
Past niet bij Frankrijk voor de Franse Revolutie
De meeste Franse waren arm
98% van de Fransen hoorde bij de eerste stand,
Edelen betaalden geen belasting
Frankrijk was een standensamenleving
Frankrijk was een republiek
Slide 17 - Question de remorquage
Wat was de beangrijkste reden voor Lodewijk XVI om de Staten-Generaal bijeen te roepen aan het einde van de 18e eeuw?
Slide 18 - Question ouverte
Adel
Boeren en Burgers
belasting betalen
herendiensten
legerleider
voorrechten
bezit landgoederen
winkelier
Slide 19 - Question de remorquage
Sleep de zinnen naar het goede vak: juist of onjuist.
Juist
Onjuist
De Franse koning had voor de revolutie absolute macht.
Lodewijk XVI riep de Nationale Vergadering bijeen.
Eerst vluchtte de koning, later werd hij onthoofd.
Na de revolutie werd Frankrijk een standensamenleving.
Robespierre werd de nieuwe koning van Frankrijk.
Slide 20 - Question de remorquage
Sleep de zinnen naar het goede vak
Geen gevolg van de Franse Revolutie
Een gevolg van de Franse Revolutie
alle Fransen werden even rijk
afschaffing van het koningschap
de adel grijpt de macht
boeren gaan Frankrijk besturen
gelijke rechten voor alle Fransen
Slide 21 - Question de remorquage
Sleep de veldslagen in de juiste volgorde.
Burgers bestormen de gevangenis de Bastille.
De koning wordt afgezet en Frankrijk wordt een republiek.
Napoleon verliest de slag bij Waterloo.
Lodewijk XVI sterft op het schavot.
Napoleon wordt tot keizer van Frankrijk gekroond.
