crisis

A-vragen

Is de ademweg vrij?

• Zit er iets in de mond/keelholte? (voorwerp/bloed/braaksel)
  
• Zijn er bijgeluiden als de patiënt ademt? (stikken/verslikken(niet) bedreigde stridor)
• Kwijlt de patient?
• bij een baby is het neusje vrij?

B -vragen

Is de ademhaling aanwezig?

• Is de ademhaling aanwezig?
• Is er een hoorbare ademhaling?(reutelen/piepen)
• Kan de patiënt spreken? (kreunen/kortademig/woorden/zinnen)
• Is er sprake van extra ademarbeid?( schouders optrekken/neusvleugelen (baby)/intrekkingen van de borstkas)

C-vragen

Is er sprake van een probleem in de circulatie?

• Is er sprake van een uitwendige bloeding?(gering/matig/hevig)
•  Wat is de kleur van de huid/gelaat? ( grauw/bleek/blauw/gemarmerd)
• zijn er vegetatieve verschijnselen?(klam/transpieren/koud/braken/misselijk/gevoel van flauwvallen)
• Heeft de patiënt een snelle pols?
• Heeft de patiënt overmatig vochtverlies?(braken/diarree)
• .Bij een baby of kwetsbare oudere/patiënt: wanneer was de laatste urineproductie/natte luier?

D-vragen

Is de patiënt bij bewustzijn?

• AVPU

Alert

Verbale reactie op aanspreken

Reactie op Pijnprikkel(aanschudden)

Geen reactie: Unresponsive.

• Is de patiënt aanspreekbaar? (adequaat/verward/ander gedrag dan normaal)

E-vragen

Zijn er bedreigende omgevingsfactoren?

• Is er sprake van  onderkoeling/beklemming/rook

/koolmonoxide?

• Is de omgeving veilig? 

Bedreigde A

• Stikt
  
• Heeft zich verslikt en is benauwd
  
• Kan speeksel niet inslikken
  
• Ziet blauw
  
• Onrust /doodsangst
  
• Ernstig benauwd: spreekt hortend en stotend - paar woorden-geen volzinnen
• Hoorbare ademhaling - bij inademen

Bedreigde B

• Ademt niet
  
• Snelle ademhaling
  
• Trekt schouders op bij ademen
  
• Neusvleugelen
• Ziet blauw
  
• Vooral bij kinderen:
  

Intrekking van de borstkas bij ademen
Kreunende ademhaling

• Rustig kind na kortademigheid
  
• Ernstig benauwd: spreekt hortend en  stotend - paar woorden
  
• Hoorbare ademhaling - bij uitademen
  
• Snelle ademhaling

Bedreigde C

• Reageert niet (alert)
  
• Bloedverlies: niet te stelpen
  
• Snelle pols
  
• Koud / klam . transpireren
  
• Huid: blauw / lijkbleek / gemarmerd
  
• (bloeddruk)
• Stoornis in de C is niet waarschijnlijk maar wel bij:
  
• Bloedverlies (bloedbraken / opgeven / rectaal)
  
• Snelle pols
  
• Zwart voor ogen
  
• Gevoel van bewustzijn te verliezen

Bedreigde D

• Reageert niet / niet te wekken
  
• Niet alert: suf / verward / verminderd aanspreekbaar
  
• Verlamming (gelaat op ledenmaten) / spraakstoornis: - Acuut ontstaan (korter dan 4,5 uur)
  
• Verward /suf

Bedreigde E

• Paniek
  
• Geweldsdreiging
  
• Suïdidaal
  
• Rook / giftige dampen / hitte of andere bedreigende omgevingsfactoren
  
• Ondertemperatuur (< 35 °C)
  
• Paniek
  
• Dreigement zelfverwonding
  
• Melding: "Ik maak er een eind aan"
  
• Rook et cetera
  
• Ondertemperatuur (< 35 °C)

Stikt

1. A
2. C
3. B
4. D

Hevige bloedverlies

1. C
2. A
3. B
4. D

paniek

1. E
2. B
3. C
4. A

VERLAMMING, (GELAAT OF LEDEMATEN), SPRAAKSTOORNIS ACUUT ONSTAAN, KORTER DAN 4.5 UUR

1. B
2. A
3. D
4. E

NIET ALERT; SUF/VERWARD/VERMINDERD AANSPREEKBAAR

1. C
2. B
3. E
4. D

ADEMT NIET

1. C
2. B
3. D
4. E

REAGEERT NIET

1. A
2. B
3. C
4. D

KAN SPEEKSEL NIET INSLIKKEN

1. E
2. C
3. B
4. A

HEEFT ZICH VERSLIKT EN IS BENAUWD

1. A
2. B
3. C
4. D

GEWELDSDREIGING

1. A
2. B
3. E
4. D

NEUSVLEUGELEN

1. D
2. B
3. C
4. E

ERNSTIG BENAUWD:SPREEKT HORTEND/PAAR WOORDEN

1. A
2. B
3. C
4. D

KREUNENDE ADEMHALING(VOORAL BIJ KINDEREN)

1. A
2. B
3. C
4. D

KLAM/KOUD/TRANSPIREREN

1. E
2. C
3. B
4. D

SUICIDAAL

1. A
2. E
3. C
4. D

Meer risico op hartproblemen door:

- Roken

- Overgewicht

- Stress

- Erfelijkheid

Hartstilstand

Bij een hartstilstand stopt het hart met kloppen. Je raakt dan bewusteloos. Na 4 tot 6 minuten raken je hersencellen beschadigd. Daarna ook de rest van de organen.

AED

Een AED is een apparaat dat het hart een schok kan geven. Hierdoor kan het hart weer gaan kloppen. Er zit een stem in die precies vertelt wat je moet doen. 

Een AED hangt vaak bij scholen, supermarkten en andere openbare plekken.

Stap 1: Controleer het bewustzijn

Vraag of het gaat en druk eens op de schouders. Krijg je geen reactie? Dan is de persoon buiten bewustzijn.

Blijf bij het slachtoffer en roep om hulp.

Stap 2: Controleer de ademhaling

Kantel het hoofd naar achteren. Kijk, luister en voel of de persoon ademt. 

Ademt de persoon niet of hapt hij naar adem? Ga dan verder naar de volgende stap.

Stap 3: Bel 112

Bel 112, zet je telefoon op de luidspreker en leg hem naast je neer. Zo kun je luisteren en helpen tegelijkertijd.

Zet de mensen om je heen aan het werk. Laat ze een AED halen of de plek vrijhouden.

Stap 4: Geef borstcompressies

Druk met je handen het borstbeen 6 cm in. Herhaal dit 30 keer in het tempo van het kinderliedje "hoedje van papier".

Het klinkt gek: maar zing desnoods mee.

Stap 5: Beademen

Na de borstcompressies kantel je het hoofd naar achteren, knijp je de neus dicht en beadem je de persoon zodat de borst omhoog gaat. Daarna houd je je oor bij de mond om te luisteren of hij uitademt.

Doe dit twee keer en geef daarna weer 30 borstcompressies.

Stap 6: AED

Als er een AED is, ontkleed je het bovenlichaam. Plak de stickers zoals aangegeven. De AED gaat dan aan en vertelt wat je moet doen.

Je hebt een verhoogd risico op hartproblemen als je..

1. Doof bent
2. Strakke kleren draagt
3. Veel sport
4. Rookt

Alleen dikke mensen kunnen een hartstilstand krijgen

1. Waar
2. Niet waar

Hoe lang duurt het bij een hartstilstand tot je hersenschade oploopt?

1. 1 minuut
2. 2 tot 4 minuten
3. 4 tot 6 minuten
4. 10 minuten

Hoeveel borstcompressies moet je geven bij het reanimeren?

1. 10
2. 20
3. 30
4. 40

Als je geen AED hebt, kun je een strijkijzer gebruiken

1. Waar
2. Niet waar