hst 3 paragraaf 2 "indampen en destilleren"

hst 3.2 "indampen en destilleren"
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

hst 3.2 "indampen en destilleren"

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven wat een oplossing is.
  • Je kunt voorbeelden benoemen van oplossingen.
  • Je kunt scheidingsmethoden beschrijven voor het scheiden van oplossingen.
  • Je kunt toepassingen benoemen van het scheiden van oplossingen.

Slide 2 - Diapositive

Vandaag
Filmpje van Miranda onstenk
uitleg wat indampen en destilleren is
2 filmpjes
quizvragen

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive



Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Slide 15 - Vidéo

Indampen is een scheidingsmethode.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 16 - Quiz

Hoe haal je suiker uit suikerwater?
A
indampen
B
extraheren
C
filtreren

Slide 17 - Quiz

Hoe haal je suiker uit suikerwater?
A
indampen
B
extraheren
C
filtreren

Slide 18 - Quiz

Bij welke 2 scheidingsmethoden maak je gebruik van verschillende kookpunten?
A
destilleren & adsorberen
B
indampen & filtreren
C
destilleren & indampen
D
filtreren & bezinken

Slide 19 - Quiz

Je kunt een oplossing scheiden met indampen. Wat is het residu bij indampen?
A
Oplosmiddel
B
Opgeloste stof

Slide 20 - Quiz

Één van de manieren om een suspensie te scheiden is?
A
destilleren
B
indampen
C
filtreren
D
afschenken

Slide 21 - Quiz

Met welke scheidingsmethode kun je drinkwater winnen uit zeewater?
A
adsorberen
B
destilleren
C
extraheren
D
indampen

Slide 22 - Quiz

Welke scheidingsmethoden kies je wanneer je zout wilt winnen uit zeewater?
A
Indampen
B
Filtreren
C
Bezinken
D
Destilleren

Slide 23 - Quiz

Om een oplossing te scheiden moet je..
A
indampen
B
zeven
C
filtreren
D
?

Slide 24 - Quiz

Destilleren heeft veel overeenkomsten met indampen, maar er is ook een belangrijk verschil.
Wat is het verschil tussen destilleren en indampen?
A
Bij destilleren vang je de vloeistof die verdampt is weer op.
B
Bij indampen vang je de vloeistof die verdampt is weer op.
C
Destilleren gebeurt bij een hogere temperatuur.
D
Bij indampen kookt de vloeistof bij een lagere temperatuur.

Slide 25 - Quiz

Reactie of scheiding?
A
reactie
B
scheiding
C
ontleding
D
indampen

Slide 26 - Quiz

Bij welke 2 scheidingsmethoden maak je gebruik van verschillende kookpunten?
A
destilleren & adsorberen
B
indampen & filtreren
C
destilleren & indampen
D
filtreren & bezinken

Slide 27 - Quiz

Indampen van suikerwater is
A
ontleden.
B
scheiden.
C
geen van beide.

Slide 28 - Quiz

Je kunt een oplossing scheiden met indampen. Wat is het residu bij indampen?
A
Oplosmiddel
B
Opgeloste stof

Slide 29 - Quiz

Op welk verschil berust indampen?
A
Deeltjesgrootte
B
Aanhechtingsvermogen
C
Oplosbaarheid
D
Kookpunt

Slide 30 - Quiz

Water verdampt en ruw zout blijft over bij
A
Indampen
B
Destilleren
C
Bezinken
D
Extraheren

Slide 31 - Quiz