Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
3.4 Vermogen en energie
Vermogen en energie
Benodigheden
- (werk)Boek, schrift,
- Pen, potlood, Tablet
- Rekenmachine
SPOORBOEKJE:
- Lesdoelen (5 min)
- Inhoud ( 20min)
- Voorbeeld (5 min)
- opdracht/ zelfstandig (20 min)
1 / 18
suivant
Slide 1:
Diapositive
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Cette leçon contient
18 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Vermogen en energie
Benodigheden
- (werk)Boek, schrift,
- Pen, potlood, Tablet
- Rekenmachine
SPOORBOEKJE:
- Lesdoelen (5 min)
- Inhoud ( 20min)
- Voorbeeld (5 min)
- opdracht/ zelfstandig (20 min)
Slide 1 - Diapositive
Lesdoelen:
Je kunt berekeningen maken met het verband tussen vermogen, spanning en stroomsterkte.
Je kunt berekeningen maken met het verband tussen energie, vermogen en tijd.
Je kunt de eenheden joule en kilowattuur naar elkaar omrekenen.
Slide 2 - Diapositive
Vermogen
Hoeveel elektrische energie
een
toestel per seconde verbruikt (watt)
Bij een variabele vermogen (b.v. een mixer) wordt altijd het maximale vermogen gemeld.
Vermogen hangt af van spanning en stroomsterkte
Slide 3 - Diapositive
Elektrisch vermogen
De hoeveelheid geleverde energie per seconde.
U is spanning in volt (V)
I is stroom in ampere (A)
P is vermogen in watt (W)
P
=
U
⋅
I
Slide 4 - Diapositive
Elektrische energie
P is vermogen in watt (W)
t is tijd in seconden (s)
E is energieverbruik in joule (J)
E
=
P
⋅
t
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
De joule als eenheid
Met 1 joule kun je niet veel doen.
Daarom gebruik je meestal kJ of MJ.
In een huis wordt energie verbruik niet in joule gemeten maar in kWh. (kWh meter)
Slide 8 - Diapositive
Je kunt P in W en tijd in s. Dan heb je joule.
Je kunt P in kW en tijd in h. Dan heb je kWh.
1 kWh is 3,6 MJ (3.600.000J)
E
=
P
⋅
t
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Bereken het vermogen in kiloWatt als het vermogen 250 W is.
A
250 000 kW
B
0,250 kW
C
2,5 kW
D
25 kW
Slide 12 - Quiz
Wat is het vermogen?
A
230 Volt
B
0,3 Ampere
C
9 Volt
D
6 Watt
Slide 13 - Quiz
Een gloeilamp met een vermogen van 40 W staat 30 min aan.
Bereken de hoeveelheid elektrische energie in kWh.
Slide 14 - Question ouverte
Een wasmachine zet bij een wasbeurt 0,78 kWh elektrische energie om. Reken deze waarde om naar joule.
Slide 15 - Question ouverte
Hoeveel elektrische energie in J heeft een lamp van 100 W gebruikt als deze 12 uur gebrand heeft?
Slide 16 - Question ouverte
een waterkoker 240V, 8 ampere staat aan gedurende 2 minuten. Hoeveel elektrische energie verbruikt deze?
Slide 17 - Question ouverte
Lesafsluiting:
Het vermoge is energieverbruik per seconde
Twee formules
P
=
U
⋅
I
E
=
P
⋅
t
Slide 18 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Vermogen en energie
Octobre 2022
- Leçon avec
15 diapositives
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2-2 Vermogen en energie (2.2)
Avril 2020
- Leçon avec
16 diapositives
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Paragraaf 3.5
Octobre 2018
- Leçon avec
17 diapositives
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H1.2 Elektriciteit
Septembre 2024
- Leçon avec
25 diapositives
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H2 §1
Décembre 2017
- Leçon avec
19 diapositives
Natuurkunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
H1.2 Elektriciteit
Octobre 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Les 2 Vermogen en energie
Septembre 2024
- Leçon avec
18 diapositives
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H1.1/1.2 Elektriciteit
Septembre 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 3