Begrippen kennen: door woordkaartjes maken : begrip ene kant en betekenis andere kant.
Tussendoor veel herhalen, alvast je theorie in stukjes leren.
Oefenen van sommen: digitaal / extra oefenen uit je boek, sommen die niet goed waren opnieuw maken.
Instructies herhalen: samenvatting lezen / instructiefilmpjes van de methode kijken / instructiefilmpjes lesson up, youtube kijken.
Ken de knoppen van je rekenmachine die je nodig hebt.
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2
Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Hoe kun je het beste leren
Begrippen kennen: door woordkaartjes maken : begrip ene kant en betekenis andere kant.
Tussendoor veel herhalen, alvast je theorie in stukjes leren.
Oefenen van sommen: digitaal / extra oefenen uit je boek, sommen die niet goed waren opnieuw maken.
Instructies herhalen: samenvatting lezen / instructiefilmpjes van de methode kijken / instructiefilmpjes lesson up, youtube kijken.
Ken de knoppen van je rekenmachine die je nodig hebt.
Slide 1 - Diapositive
Omtrek cirkel
pi x diameter = omtrek cirkel
Pi --> knopje rekenmachine
Slide 2 - Diapositive
Uitleg: pi
Pi heeft oneindig veel decimalen.
Moet je ze allemaal onthouden?
Nee!
Je moet onthouden dat pi = 3,14
π
Slide 3 - Diapositive
Omtrek van cirkel
Omtrek cirkel = pi x diameter cirkel
Belangrijk! Zorg ervoor dat je de straal om zet naar diameter.
Slide 4 - Diapositive
Met welke formule kan je de omtrek van een cirkel berekenen? omtrek cirkel = ..... (dat tekentje schrijf je als pi)
Slide 5 - Question ouverte
Wat is de omtrek van deze cirkel?
Slide 6 - Question ouverte
bereken de omtrek
omtrekcirkel=π⋅diameter
Slide 7 - Question ouverte
Oppervlakte cirkel
Opp. Cirkel = pi x straal2
De straal is de helft van de diameter
Het kwadraat teken vind je op je rekenmachine bij x2
Slide 8 - Diapositive
a) Oppervlakte bloemperk 20 x 20 = 400 m2
b) De straal is 30 : 2 = 15 m
c) Het gras is: Opp. cirkel - opp. bloemperk
opp. cirkel pi x 15 x 15 = 706,9 m2
Opp. gras 706,9 - 400 = 306,9 m2
d) Omtrek cirkel is pi x 30 = 94,2 m2
Slide 9 - Diapositive
Omtrek cirkel =
diameter x π
Opp cirkel =
straal x straal x π
Slide 10 - Diapositive
Schrijf op:
Omtrek cirkel = x diameter
Oppervlakte cirkel = x
OF x straal x straal
π
π
straal2
π
Slide 11 - Diapositive
10a. Timon heeft een trampoline ingegraven in zijn gazon. In de rest van het ronde gazon zaait hij gras. Hoeveel m2 moet hij zaaien? Rond af op hele meters.
Slide 12 - Question ouverte
Om te onthouden:
Altijd eerst formule opschrijven, dan berekening en antwoord met maat erachter.
oppervlakte rechthoek = lengte x breedte
oppervlakte driehoek = 0,5 x zijde x bijbeh hoogte
oppervlakte parallellogram = zijde x bijbeh hoogte
omtrek cirkel = π x diameter
oppervlakte cirkel = π x straal x straal
Slide 13 - Diapositive
Maakwerk en huiswerk
In les 2: M: opdrachten 39 t/m 49, nakijken en verbeteren.
In les 3: M: opdrachten 50 t/m 57, nakijken en verbeteren.