Metriek stelsel

1 / 33

Slide 1: Diapositive

WiskundeMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

La durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Metriek stelsel

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Inhoud les

Terugblik vorige les: Verschil grootheden en eenheden en wat is het metriek stelsel.
Omrekenen van inhoudsmaten
Hoofdstuktoets 7
Zelfstandig werken

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn Grootheden & Eenheden?

Iets dat je kunt meten, zoals lengte of gewicht, noem je een grootheid.

De maat die je gebruikt om te meten, bijvoorbeeld meter of kilogram, noem je de eenheid.

Voorbeeld van Grootheden zijn:

lengte, oppervlakte, hoogte, inhoud, massa, snelheid, temperatuur etc.

Voorbeeld van Eenheden zijn:

meter, seconde, graden Celsius, kilogram, vierkante meter etc.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grootheid

Eenheid

tijd

gewicht

liter

snelheid

uur

oppervlakte

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

metriek stelsel

Om te zorgen dat we allemaal met dezelfde maten meten, zijn er internationale afspraken gekomen. In Europa gebruiken we de afspraken uit het metriek stelsel.

In een metriek stelsel gebruik je verschillende maateenheden. Een maateenheid geeft aan:

hoe groot iets is --- Grootte
hoe zwaar iets is --- Gewicht
of welke hoeveelheid ergens in past --- Inhoud

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maar hoe werkt het metriek stelsel?

Met behulp van het metriek stelsel kun je deze maten omrekenen. Dit metriek stelsel kun je zien als een soort trap of een lijn.

omhoog = : 10 & omlaag = x 10

Naar Links = deLen

Naar Rechts = keeR

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ezelsbruggetje.

Slide 8 - Diapositive

Kan = Kilometer (km)

Het = Hectometer (hm)

Dametje = Decameter (dam)

Met = Meter (m)

De = Decimeter (dm)

Centimeter = Centimeter (cm)

Meten = Millimeter (mm)

zet de lengte maten in de goede volgorde van groot naar klein

timer

1:00

Kiloliter

Hectoliter

decaliter

Liter

Deciliter

Centiliter

Milliliter

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Systeem van Voorvoegsels.

Deze voorvoegsels kun je voor alle eenheden gebruiken.

Slide 10 - Diapositive

Systeem van voorvoegsels

Om dat mogelijk te maken is een systeem van voorvoegsels bedacht.

Deze voorvoegsels kan je voor alle eenheden gebruiken

Inhoud berekenen

Met inhoud bedoelen we hoeveel van een standaardeenheid in de figuur past.

Inhoud bereken je door: lengte x breedte x hoogte

De inhoud kun je aangeven door liters en kubieke meter (met het drietje erboven). Hier gaan we in H9 verder op in.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Overzicht metrieke stelsel

Deel dit aan de studenten uit.

1 liter

10 liter

1 centiliter

7,2 liter

2 deciliter

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

710ml =.....cl

710

7100

0,71

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

1/2 liter =

50 ml

500 ml

5000 ml

5 ml

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

1 liter =

10 cl

100 cl

1000 cl

0,1 cl

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Einde les:

1. Voeg deze klassencode toe in je Studyflow account:

195362 (klas Veerle)

2. Maak de hoofdstuktoets H7 Metriek stelsel (15 minuten)

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke eenheid van lengte past het beste bij de afbeelding.

dam

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de eenheden uit het metriek stelsel op volgorde van groot naar klein

dam

Slide 19 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

50 ml = ..... dl

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een liter is een.....

Grootheid

Eenheid

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Meten en wegen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Benaming gewicht

Kilogram

1 kilo = 1 pond = 1 ons =

1000 gram 500 gram 100 gram

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Meten geeft je belangrijke informatie.

Als je bijvoorbeeld wilt weten hoeveel je bent gegroeid in een jaar, of het buiten warm genoeg is voor een korte broek of hoeveel gram suiker je nodig hebt voor het bakken van de koekjes.

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

kilometer per uur

Grootheid

Eenheid

snelheid

liter

Inhoud of volume

Temperatuur

graden Celsius

Lengte

Meter

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

oefenen via een spel

Slide 28 - Diapositive

Deel de werkbladen uit.

Deel de groep in tweetallen in.

Bij drietal zelf meespelen?

beginnen en studenten gaan via het ezelsbruggetje het spel spelen.

Ga naar Studyflow MBO niveau 2 en oefen met de opdrachten van hoofdstuk 7: Metriek stelsel.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Decagram

Kilogram

Milimeter

Hectometer

Grootte

Inhoud

Gewicht

Centiliter

Liter

Slide 30 - Question de remorquage

Voorkennis checken. Kijken of ze het al goed in kunnen vullen.

Slide 31 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

De 3 grootheden en bijbehorende basiseenheden hiernaast kom je het meeste tegen.

Om te zorgen dat we allemaal met dezelfde maten meten, zijn er internationale afspraken gekomen.

In Europa gebruiken we de afspraken uit het metriek stelsel.

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maar wat is het metriek stelsel?

Vroeger had iedere regio zijn eigen meetsysteem, waardoor het moeilijk was om informatie met elkaar uit te wisselen. Daarom werd in de Franse Revolutie (rond het jaar 1790) het metriek stelsel bedacht. Wereldwijd gebruiken nu bijna alle landen dezelfde afmetingen, zoals meters, kilogrammen en liters. Wel zo makkelijk!

In een metriek stelsel gebruik je verschillende maateenheden. Een maateenheid geeft aan:

hoe groot iets is --> Grootte
hoe zwaar iets is --> Gewicht
of welke hoeveelheid ergens in past --> Inhoud

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Metriek stelsel

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Question de remorquage

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Question de remorquage

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Question de remorquage

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Question de remorquage

Slide 19 - Question de remorquage

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Question de remorquage

Slide 27 - Vidéo

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Question de remorquage

Slide 31 - Vidéo

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Plus de leçons comme celle-ci

Metriek stelsel

metriek stelsel

Het Metriek Stelsel: Lengte, Gewicht en Inhoud

Metriek stelsel

Grootheden

Grootheden

Metriek stelsel

Ontdek de wereld van maten en het metriek stelsel