Basis TL2 - Riolering vervolg

• Installatietechniek
• MBO
• Studiejaar 1

Basis TL2 - Riolering vervolg

Basis TL2 - Riolering vervolg

- weet je wat een expansiestuk is en waarom deze wordt gebruikt 

- weet je wat de minimale en maximale beugelafstanden zijn

- weet je wat afschot betekent, en wat hiervoor de regels zijn

- heb je kennis gemaakt met de spelregels hoe een riolering "gedimensioneerd" kan worden 

lesdoelen: Aan het eind van de les

Riolering algemeen

Riolering wordt vrijwel altijd uitgevoerd in kunststof, uiteraard zijn er uitzonderingen.

In oude panden is gresbuis of gietijzer nog terug te vinden.

 

Riolering algemeen

-De meest voorkomende soorten kunststof zijn:

PVC – Polyvinylchloride ( lijm en manchet ) - 70°C ( kortstondig 90°C)

PE - Polyetheen ( manchet, spiegellas en elektromof ) - 90 °C 

( wordt dan wel zacht en zal doorbuigen )

PP – Polypropeen ( alleen manchet ) - 90°C ( kortstondig 100°C)

 

Ontwerpen en monteren 

Bij het ontwerpen en monteren van PVC afvoerleidingen voor binnen riolering moet rekening worden gehouden met de thermische uitzettingscoëfficiënt van het materiaal 

  

Voor het opvangen van deze lengteveranderingen worden expansiestukken toegepast. 

Er dient altijd minstens één expansiestuk aanwezig te zijn tussen twee vaste punten in het leidingstelsel.

(per verdieping, minstens één expansiestuk)

Montage / beugelen

Beugels zijn nodig wanneer een leiding niet ingestort wordt,  d.m.v vastpuntbeugels  en glijbeugels.

Bijvoorbeeld een standleiding met expansie stuk:

Onder het expansiestuk komt een vastpunt, erboven een glijbeugel.

De beugel moet voldoende grip hebben op de leiding. En wordt daarom geplaatst onder een mof.

Montage / beugelen

Beugelafstand PVC ( fabrikant Dyka)

  

De beugelafstand bij liggende PVC leidingen is 10D tot 12D met een minimum van 0,5 m en een maximum van 2,0 m. 

Voorbeeld:

Een buis 75 mm wordt horizontaal gebeugeld om de 75 cm (10 X 75 mm)

Montage / beugelen

Beugelafstand PVC ( fabrikant Dyka)

  

Voor verticale PVC-leidingen geldt een beugelafstand van 25.D tot 30.D met een minimum van 0,5 m en een maximum van 2,0 m

voorbeeld:

buis 110 mm wordt verticaal gebeugeld om de 2,0 meter 

(25X110 = 2,75 meter, het maximum is 2.0 meter)

Montage / beugelen

Om bevriezing, condensatie en geluidshinder tegen te gaan worden leidingen ook wel geïsoleerd met bijvoorbeeld glaswol of ander isolatie materiaal.

Afschot

Afschot is een bewust aangebrachte “helling” van een leiding of afvoer om ervoor te zorgen dat een vloeistof afloopt of wegloopt. 

Volgens de NEN 3215 moet het afschot van liggende verzamelleidingen voor afvalwaterrioleringen tussen de

 5 mm/m en 20 mm/m liggen.

Afschot te groot

Als het afschot te groot is, dan zal het afvalwater te snel wegstromen, de kans bestaat dat het niet de zwaardere bestanddelen allemaal meeneemt. 

Hierdoor wordt de kans op een verstopping vergroot.

Afschot te klein

Bij een te klein afschot stroomt het afvalwater te langzaam weg.

 Hierdoor kunnen niet vloeibare bestanddelen onvoldoende worden meegenomen en het vuil neerslaan in de leiding, 

waardoor er een verhoogde kans is op een verstopping.

verstopping?!

Wat verhoogd de kans op een verstopping?

- te groot afschot

- te klein afschot

- lange leidingen

- veel bochten in de leiding

dimensioneren

Leidingvulling

Voor een vrije luchtstroming mogen de afvoerleidingen voor maximaal 70% gevuld zijn. 

Dat wil zeggen dat de waterdiepte in de buis maximaal 0,7 keer de inwendige buismiddellijn is. 

(Bij bochten kan de vulling plaatselijk 85% zijn. )

Basisafvoer

Voor elk lozingstoestel geldt een basisafvoer, die de diameter van de stankafsluiter en de aansluitleiding bepaalt. 

De basisafvoer is de maximale afvoer in liters per seconde die een toestel moet kunnen verwerken.

Basisafvoer

voorbeeld: een wastafel moet evenveel water kunnen afvoeren als er binnenstroomt via de kraan en de wastafel moet binnen een redelijke tijd leeg kunnen lopen als hij vol

dimensioneren

Om een riolering te kunnen dimensioneren zijn een aantal factoren en uitgangspunten nodig om tot een juiste diameter te komen:

- Afschot

- Benodigde capaciteit (basisafvoeren)

- Vulling van 70%

- Materiaalkeuze

- Gelijktijdigheidsfactor

Gelijktijdigheids factoren:

0.5 - woningen, kantoorgebouwen

0.7 - ziekenhuizen, scholen, hotels

1.0 - openbare toiletten of douches

1.2 - laboratoria

Volgende week?

Zelf een riolering dimensioneren / berekenen

Qs=P√ΣQi