2.5 geboorte

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

2.5 geboorte

even herhalen

Wat is de functie van nummer 6?

1. Zaadcellen produceren
2. zaadcellen opslaan
3. Zaadcellen vervoeren
4. vocht toevoegen aan de zaadcellen

Hoe noem je nummer 5 en wat is zijn functie?

Uit hoeveel zaadcellen en eicellen is eeneiige tweeling ontstaan?

Hoe kan het dat een eeneiige tweeling geen broer en zus zijn?

In welk deel van het lichaam vindt dit proces plaats?

Wat gebeurd er bij bevruchting?

1. de kernen versmelten van eicel en zaadcel
2. zaadcel dringt de eicel binnen.
3. celmembraan wordt ondoordringbaar
4. Eicel komt uit de eileider vrij

Wat is nummer 3?

1. eierstok
2. eileider
3. baarmoeder
4. vagina

Met welk orgaan van het mannelijk voortplantingsstelsel is het orgaan met nummer 1 te vergelijken?

Wat is een ander woord voor eisprong?

Hoeveel dagen heeft een menstruatiecyclus gemiddeld?

Hoe heet het vrouwelijk geslachtshormoon?

1. testosteron
2. gele lichaam
3. oestrogeen
4. ovulatie

Wat gebeurt er met de menstruatie als een vrouw zwanger is?

Wat is de functie van de placenta?

Wanneer wordt het embryo een foetus?

1. vanaf tweede maand
2. vanaf de derde maand
3. vanaf de vierde maand
4. vanaf de vijfde maand

leerdoelen

2.4.4 Je kunt beschrijven hoe eeneiige en twee-eiige tweelingen ontstaan.

2.5.1 Je kunt beschrijven welke fasen tijdens de geboorte worden doorlopen.

twee-eiige tweelingen

 Een twee-eiige tweeling ontstaat uit twee eicellen. Er zijn twee eicellen vrijgekomen tijdens de ovulatie. Beide eicellen worden bevrucht. Er ontstaan twee klompjes cellen. Beide nestelen zich in het baarmoederslijmvlies in

eeneiige tweeling

 Een eeneiige tweeling ontstaat uit één bevruchte eicel. Tijdens de eerste delingen raken cellen los van elkaar. Er ontstaan dan twee losse klompjes cellen. Beide klompjes cellen nestelen zich in het baarmoederslijmvlies in

Bevalling

De geboorte van een baby gaat in vijf stappen:

indaling

ontsluiting

breken van de vruchtvliezen

uitdrijving

nageboorte

De indaling

begint vaak een paar weken voor de bevalling. Hierbij zakt het hoofdje van de foetus naar beneden

Ontsluiting 

- De bevalling begint met weeën. 

- Tijdens de weeën worden de baarmoederhals en baarmoedermond wijder. 

- Opening v/d ontsluiting moet groot genoeg zijn voor het hoofdje (10cm)

Breken van de vruchtvliezen 

- Bij ontsluiting breken meestal de vruchtvliezen. 

- Het vruchtwater komt voor een deel naar buiten. 

Uitdrijving 

- weeën worden krachtiger. 

- spieren in de buikwand trekken samen. 

- met deze persweeën wordt de baby naar buiten geperst.

Na de geboorte

- Huilen = teken van ademen

- navelstreng wordt afgeknipt, litteken ontstaat (de navel).

- ongeveer kwartier na de geboorte ontstaan naweeën. 

- Placenta, rest v/d navelstreng en vruchtvliezen via de vagina naar buiten (nageboorte).

- Wordt geregeld door hormonen. 

Maken

vanaf blz. 110

opdr. 1 t/m 6