Unit 1.2 (les 1): Plurals

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1,2

Hello!

What are we doing today?

Lesson planning

• 5 words from the word list

• Uitleg grammar unit 3.2: Plurals

•  exercises

5 words from the word list

Write down the Dutch translation

1. dangerous

2. passenger

3. destination

4. luggage

5. to arrive

Lesson goals

1. Je kan uitleggen hoe je meervouden gebruikt in het Engels. 
2. Je kan zinnen maken met meervouden in het Engels.

Vooruitblik

How is it done?

Plurals

Grammar 1.2

Meervouden

GEEN 'S

Plural

De meeste vormen eindigen in het meervoud op -s

parent - parents

star - stars

friend - friends

Plural

Eindigen op -sis klank

watch - watches

dish - dishes

Maak meervoud:
Chair

1. Chaires
2. Chairs

Maak meervoud:
Day

1. Days
2. Daies

Maak meervoud:
Bus

1. Buses
2. Buss
3. Busses

Tip: gebruik het schema op blz. 12 als hulpmiddel

Maak meervoud:
car

1. car
2. cares
3. cars

Maak meervoud:
pineapple

1. pineapples
2. pineapple's
3. pineapplees

Maak meervoud:
village

1. village's
2. villages
3. villagees

Maak meervoud:
call

1. calls
2. calles
3. call's

Maak meervoud:
dog

1. doges
2. dogs
3. dog's

Maak meervoud:
boy

1. boy's
2. boys
3. boyes

Maak meervoud:
building

1. building's
2. buildings
3. buildinges

Maak meervoud:
Box

1. Box
2. Box's
3. Boxes
4. Boxs

Maak meervoud:
witch

1. witchs
2. witch's
3. witches

Maak meervoud:
laptop

1. Laptopes
2. laptops
3. laptopies

Get started

Homework:

 6, 7 & 8 (vanaf blz. 89)

& 2, 3 & 11 (vanaf blz. 88)

Work in silence until this timer runs out.

(Daarna mag je fluisteren)

Finished? --> Woordtrainer unit 3.2 (laptop)

Lesson goals

1. Je kan uitleggen hoe je meervouden gebruikt in het Engels. 
2. Je kan zinnen maken met meervouden in het Engels.

Vooruitblik

Bye!

See you on Thursday!