Tekstdoelen mavo 3

Tekstdoelen - M3C
Lesdoel: aan het einde van de les ken ik zeven tekstdoelen en kan ik aangeven bij wat voor teksten deze tekstdoelen horen. 
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Tekstdoelen - M3C
Lesdoel: aan het einde van de les ken ik zeven tekstdoelen en kan ik aangeven bij wat voor teksten deze tekstdoelen horen. 

Slide 1 - Diapositive

Welke tekstdoelen ken je nog?

Slide 2 - Carte mentale

Waarom een tekstdoel?
Een schrijver schrijft nooit zomaar iets. Hij wil iets bereiken.

Dus kiest hij een doel. Hij vraagt zich af: watr wil ik met m'n tekst bereiken?

Slide 3 - Diapositive

Informeren
De schrijver wil dat je iets te weten komt.

Bijvoorbeeld: nieuwsberichten, verslagen, schoolboeken

Slide 4 - Diapositive

Overtuigen
De schrijver wil dat je het met hem eens wordt. 

Bijvoorbeeld: een overtuigende tekst, column, ingezonden brief, reactie op website

Slide 5 - Diapositive

Waarschuwen/tot handelen aansporen
De schrijver wil dat je iets wel óf niet doen

Bijvoorbeeld: reclame, advertentie, folder

Slide 6 - Diapositive

Instrueren
De schrijver wil je uitleggen hoe iets moet.

Bijvoorbeeld: een recept op gebruiksaanwijzing

Slide 7 - Diapositive

Adviseren
De schrijver geeft raad.

Bijvoorbeeld een folder in de apotheek. 

Slide 8 - Diapositive

Amuseren
De schrijver wil je vermaken.

Bijvoorbeeld met een boek (roman), kort verhaal, een strip of een mop.
 

Slide 9 - Diapositive

Hoe bereik je je tekstdoel?
Je houdt natuurlijk rekening met je publiek.

Hoe kun je dat doen? 

Slide 10 - Diapositive

Voor wie is een tekst bedoeld?
Dat zie je aan?
-Het onderwerp
-De bron
-Lay-out
-Taalgebruik

Slide 11 - Diapositive

Je schrijft een voorbeschouwing voor Feyenoord - Glasgow Rangers. Wat is je tekstdoel?
A
Amuseren
B
Informeren
C
Overtuigen
D
Instrueren

Slide 12 - Quiz

Je schrijft een recept voor een kookboek. Wat is je tekstdoel?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Adviseren
D
Instrueren

Slide 13 - Quiz

Je maakt een flyer voor het schoolfeest. Je tekstdoel is:
A
Overtuigen
B
Tot handelen aansporen
C
Amuseren
D
Adviseren

Slide 14 - Quiz

Je geeft onder een item op dumpert.nl jouw mening. Je tekstdoel is:
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Adviseren

Slide 15 - Quiz

Waaraan kun je zien voor wie een tekst is bedoeld?
A
Onderwerp, lay-out, taalgebruik
B
Woorden, letters, alinea's
C
Onderwerp, hoofdgedachte, kernzin
D
Plaatjes, tekeningen, illustraties

Slide 16 - Quiz

Wat hoort niet bij het tekstdoel informeren?
A
Nieuwsbericht
B
Wedstrijdverslag
C
Gebruiksaanwijzing
D
Schoolboektekst

Slide 17 - Quiz

Wat hoort niet bij het tekstdoel overtuigen?
A
Een betoog
B
Een strip
C
Een essay
D
Een ingezonden brief

Slide 18 - Quiz

Wat is je tekstdoel als je naar de schooldirecteur een brief stuurt over een smartphoneverbod?

Slide 19 - Question ouverte

En dan nu aan de slag
Stop je telefoon weer weg. We maken de volgende opdrachten:


-Lezen H2 opdracht 1, 2 en 5, vanaf pagina 38


*De eerste 5 minuten ben je stil. Je stelt geen vragen
*Daarna volgen 10 minuten waarin je zachtjes mag overleggen

Slide 20 - Diapositive