Voorzetsels Sinterklaas

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolISKvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

De auto zit ____ de doos.

Slide 2 - Diapositive

Wanneer is Sinterklaas jarig?
A
4 december
B
5 december
C
5 november
D
6 december

Slide 3 - Quiz

Sinterklaas

Slide 4 - Carte mentale

De auto zit in de doos.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Piet zit ________Piet. 

Slide 7 - Diapositive

Wat rijmt op Sint?

Slide 8 - Diapositive

Piet zit naast Piet. 

Slide 9 - Diapositive

Waarom deelt Sinterklaas pepernoten uit?
timer
1:30

Slide 10 - Diapositive

De wortel is ___ de schoen.

Slide 11 - Diapositive

De wortel is in de schoen.

Slide 12 - Diapositive

De bal ligt ____ de zak.

Slide 13 - Diapositive

De bal ligt voor de zak.

Slide 14 - Diapositive

De schoen staat onder het raam.

Slide 15 - Diapositive

De schoen staat _____ het raam.

Slide 16 - Diapositive

De namen staan ___ het boek.

Slide 17 - Diapositive

De namen staan in het boek.

Slide 18 - Diapositive

Het paard kijkt ______ het raam.

Slide 19 - Diapositive

Het paard kijkt door het raam.

Slide 20 - Diapositive

Piet zit naast Piet.
De kat ligt op de plank.
Het paard kijkt door het raam.
De schaar ligt op de tafel.
De staf staat naast het raam.
De bal ligt voor de zak.
De boot staat op de plank.

Slide 21 - Question de remorquage

Wat is het voorzetsel?
Het paard kijkt door het raam.

Slide 22 - Question ouverte

Wat is het voorzetsel?
Piet zit naast Piet.

Slide 23 - Question ouverte

Wat is het voorzetsel?
De wortel zit in de schoen.

Slide 24 - Question ouverte

Wat is het voorzetsel?
Mijn naam staat in het boek.

Slide 25 - Question ouverte

Wat is het voorzetsel?
De boot staat op de plank.

Slide 26 - Question ouverte

Wat is het voorzetsel?
Piet loopt naar Sint.

Slide 27 - Question ouverte

Wat is het voorzetsel?
Sint staat op het dak.

Slide 28 - Question ouverte

Wat is het voorzetsel?
Piet gaat door de schoorsteen.

Slide 29 - Question ouverte

in
op
naast

Slide 30 - Question de remorquage

in
onder
boven

Slide 31 - Question de remorquage

op
naast
tussen

Slide 32 - Question de remorquage

Slide 33 - Diapositive