Oorlogswinter de film nabespreking
1 / 22
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Wat is niet waar over Jan Terlouw
A
Hij heeft 2 Zilveren Griffels gewonnen
B
Er woonden Duitse bezetters in zijn huis
C
Hij zat in de politiek
D
Hij vertelde verhalen aan zijn kinderen
Slide 10 - Quiz
Welk boek heeft Jan Terlouw niet geschreven?
A
Pjotr
B
Koning van Katoren
C
8e groepers huilen niet
D
Oorlogswinter
Slide 11 - Quiz
Wat zou voor jou een reden zijn om dit boek te lezen?
Slide 12 - Question ouverte
Als buurjongen Dirk wordt opgepakt, moet Michiel in actie komen. Wat moet hij doen?
A
Michiel moet erachter zien te komen waar Dirk gevangen gehouden wordt.
B
Michiel moet een onderduiker naar een schuilplaats brengen.
C
Michiel moet een brief bezorgen.
Slide 13 - Quiz
Hoe heet de zus van Michiel?
A
Truus
B
Wilma
C
Erika
Slide 14 - Quiz
Het lukt Michiel niet om de brief aan Bertus te overhandigen. Hoe komt dat?
A
Michiel vertelt zijn vader over de brief, vader pakt de brief af.
B
Oom Ben heeft de brief gevonden onder het kussen van Michiel.
C
Bertus is neergeschoten door de Duitsers.
Slide 15 - Quiz
Michiel brengt Jack regelmatig eten en drinken. Hoe komt hij daaraan?
A
Hij eet z’n eigen eten niet op en spaart steeds de helft daarvan op en brengt dat naar Jack.
B
Hij koopt extra voedsel bij de boeren die het verst van het dorp wonen.
C
Hij haalt het thuis uit de kast, die is altijd goed gevuld.
Slide 16 - Quiz
Op een bepaald moment kan Michiel de verzorging niet meer aan, omdat…
A
de verwondingen van Jack zo erg zijn dat er een deskundige naar moet kijken.
B
Jack enorme woedeaanvallen krijgt, Michiel wordt bang.
C
het hem niet lukt om steeds voldoende voedsel mee te nemen.
Slide 17 - Quiz
Jack wil graag dat zijn moeder weet dat hij nog leeft. Hij vraagt Michiel of hij een pakketje naar Engeland kan krijgen. Michiel…
A
weigert. Hij doet het niet omdat het gevaarlijk is om mensen in vertrouwen te nemen.
B
twijfelt maar hij doet het toch omdat hij begrijpt dat het vreselijk is voor de moeder van Jack om te denken dat haar zoon dood is.
C
doet het meteen. Hij begrijpt dat het vreselijk is voor de moeder van Jack om te denken dat haar zoon dood is. Jack zegt bovendien dat er niets in het pakketje zit wat hem kan verraden.
Slide 18 - Quiz
Michiel wil Jack helpen naar Zwolle te gaan. Waarom wil Michiel om 3 uur bij de veerpont zijn?
A
Omdat hij dat tijdstip met de veerman heeft afgesproken.
B
Omdat hij de Duitse soldaten die daar de wacht houden, dan pauze hebben en binnen zitten.
C
Omdat Jack dan op tijd in Zwolle bij zijn kennissen is.
Slide 19 - Quiz
Waarom zegt Jack als hij afscheid neemt van Michiel: ‘Klootzak’?
A
Toen Jack aan Michiel vroeg hoe hij iemand moest noemen die hij leuk vond, had Michiel het woord ‘Klootzak’ genoemd (Michiel baalde ervan dat Jack meer naar z’n zus keek, dan naar hem).
B
Michiel had Jack Nederlandse scheldwoorden geleerd, en die gebruikten ze samen als grapje.
C
Jack vond het grappig om Michiel uit te schelden. Dat had hij in het Engelse leger geleerd.
Slide 20 - Quiz
Hoe komt Michiel erachter dat oom Ben een verrader is?
A
Michiel hoort een gesprek tussen oom Ben en zijn moeder. Daardoor weet hij het.
B
Oom Ben zei dat Dirk Michiel nooit alleen voor Jack had mogen laten zorgen. Maar Michiel had nooit iets over Dirk gezegd. Michiel kijkt in de koffer van oom Ben en vindt Duitse papieren en spullen van Jack.
C
Michiel voelt het aan omdat hij ziet dat oom Ben steeds met de Duitsers praat.
