W38. Over Taal Blok 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Planning

- Instructie

- Zelfstandig werken

- Afsluiting les

De vorige les 

- Samenstelling en figuurlijk taalgebruik 

- Wat is een samenstelling?

- Wat is figuurlijk taalgebruik? 

Voorvoegsels en achtervoegsels

On- is een voorvoegsel. Een voorvoegsel kun je voor een woord zetten. De betekenis van het woord verandert dan.

Een woord kan ook een achtervoegsel krijgen, bijvoorbeeld -baar.

Het voor- of achtervoegsel kan je helpen om achter de betekenis van het woord te komen. Voor- en achtervoegsels hebben een vaste betekenis.

Voorvoegsel en achtervoegsel

Wanorde

Ongelijk

Respectvol

Gewichtloos

Wat is GEEN voorvoegsel?

1. bij
2. ex
3. her
4. ont

Wat is een voorvoegsel?

1. Een woord voor een ander woord
2. Een klein stukje voor het woord bijv. on of her
3. Iets wat achter een woord staat

Verwijswoorden

Kies het juiste verwijswoord:

mannelijk/vrouwelijk? Kijk in het woordenboek.

het-woorden (onzijdig)	het, zijn	dat, dit
de-woorden (mannelijk)	hij, hem, zijn	die, deze
de-woorden (vrouwelijk)	zij/ze, haar	die, deze
meervoud	zij/ze, hen, hun	die, deze

Wat is geen verwijswoord?

1. ze
2. deze
3. zeker
4. zij

Wat zijn verwijswoorden?

1. Een woord dat een schuldige aanwijst
2. Een groepje woorden.
3. Een woord dat verwijst naar een ander woord of stukje tekst.
4. Een woord dat gebruikt wordt om de tekst beter leesbaar te maken.

Zelfstandig werken

- Zelfstandig werken maken alle opdrachten van 3.9 en 3.10 

- Klaar? Quizlet oefenen staat op SOM.