1.3: kosten van menselijke arbeid + 1.4 kosten van derden
1 / 37
La durée de la leçon est: 90 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Tijdloon (uurloon)
Prestatieloon
Premieloon
Beloningssysteem waarbij de werknemer een vast bedrag per periode of een afgesproken bedrag per uur ontvangt
De beloning van de werknemer is afhankelijk van zijn prestatie
De werknemer krijgt een combinatie van tijdloon en stukloon
Slide 16 - Question de remorquage
Het loon voor de aftrek van de loonheffing wordt ... genoemd
A
Brutoloon
B
Nettoloon
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Welke personeelskosten zijn er?
Slide 22 - Carte mentale
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Youssef exploiteert een kledingzaak in herenkleding. Hij heeft Mark als retailspecialist in dienst. Mark werkt per week 22 uur. Zijn brutoloon is € 12 per uur. De vakantietoeslag bedraagt 8% over het bruto jaarsalaris. Met kerst ontvangt hij een gratificatie van € 300.
Het werkgeversaandeel in de premies van de sociale werknemersverzekeringen (swv), inclusief pensioenpremie, bedraagt 17,6%. Als reiskostenvergoeding krijgt Mark € 20 per maand.
Bereken de jaarlijkse loonkosten die Youssef heeft voor zijn medewerker Mark.
Het werkgeversaandeel in de premies van de sociale werknemersverzekeringen (swv), inclusief pensioenpremie, bedraagt 17,6%. Als reiskostenvergoeding krijgt Mark € 20 per maand.
Bereken de jaarlijkse loonkosten die Youssef heeft voor zijn medewerker Mark.
Slide 25 - Question ouverte
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Als we de kosten gaan verwerken in de administratie, boeken we de kosten dan inclusief of exclusief btw?
A
Inclusief BTW
B
Exclusief BTW
Slide 28 - Quiz
Slide 29 - Diapositive
Waar verzeker je je voor als ondernemer?
Slide 30 - Carte mentale
Slide 31 - Diapositive
Verzekeringspremie
Poliskosten
Administratiekosten
Assurantiebelasting
Bedrag dat een verzekeraar vraagt als vergoeding voor het verzekeren
Eenmalige kosten die je betaalt bij het afsluiten van een verzekering
De kosten die je betaalt voor het veranderen
of verlengen van een
verzekeringsovereenkomst
Belasting voor de verzekering (21%)
Slide 32 - Question de remorquage
Slide 33 - Diapositive
Ghalid, eigenaar van een slagerij, verzekert zijn pand voor € 750.000. De premie bedraagt 4,6 promille per jaar. De poliskosten bedragen € 16,50. Het tweede jaar ontvangt Ghalid een brief waarin staat dat de verzekering verlengd wordt. De polis wordt niet opnieuw aangemaakt, waardoor er in het tweede jaar geen poliskosten zijn.
Wel wordt er het tweede jaar € 2,50 aan administratiekosten berekend. De assurantiebelasting is 21%.
Wat zijn de verzekeringskosten voor het eerste jaar?
Wel wordt er het tweede jaar € 2,50 aan administratiekosten berekend. De assurantiebelasting is 21%.
Wat zijn de verzekeringskosten voor het eerste jaar?
