Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
Éléments de cette leçon
Inhoud
Doel van de les
Snelheid (korte herhaling)
Reactieafstand
Remweg
Stopafstand
Onderling verband
Opdracht Stopafstand
Slide 1 - Diapositive
Wat kun je na deze les?
Je kunt het verband tussen stopafstand, remweg en reactieafstand uitleggen
Je weet dat de remafstand 4x zo groot wordt bij een 2x zo hoge snelheid
Slide 2 - Diapositive
Snelheid
Slide 3 - Diapositive
Wat is snelheid?
A
De afstand die je aflegt in een uur
B
De afstand die je aflegt in een bepaalde tijd
C
De tijd die je nodig hebt om een kilometer af te leggen
D
De tijd die je nodig hebt om een meter af te leggen
Slide 4 - Quiz
Wat is de natuurkundige eenheid van snelheid?
A
km/s
B
m/u
C
m/s
D
km/u
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Vidéo
Reactietijd definitie
"De afstand die wordt afgelegd tussen het moment van de prikkel en het moment van de reactie hierop."
voorbeeld: ik zie een kat oversteken
Slide 7 - Diapositive
Reactietijd
Afhankelijk van de bestuurder. Reactietijd: 0,2-1,0 s
• telefoon / niet opletten
• Vermoeidheid
• Alcohol
• Drugs /lachgas
• Medicijnen
Slide 8 - Diapositive
Reactieafstand definitie
"De afstand die wordt afgelegd tussen het moment van de prikkel en het moment van de reactie hierop."
voorbeeld: ik zie een kat oversteken
Slide 9 - Diapositive
Reactieafstand berekenen
Snelheid x reactietijd = reactieafstand
s = v x t
Slide 10 - Diapositive
Remweg
Slide 11 - Diapositive
Waardoor wordt de remweg langer?
Slide 12 - Carte mentale
Slide 13 - Vidéo
Remweg
definitie
"De remweg is de afstand die een voertuig aflegt terwijl er wordt geremd. "
"De remweg is afhankelijk van de remvertraging en de aanvangssnelheid."
Slide 14 - Diapositive
Remweg
onderdelen
Remvertraging geeft aan hoe sterk je afremt.
Aanvangssnelheid is de snelheid die je hebt op het moment dat je begint met remmen.
Slide 15 - Diapositive
Iemand fietst met een snelheid van 4 m/s op een fietspad en ziet een bal de weg op rollen. Terwijl hij grijpt naar zijn handrem legt hij 2 meter af voordat het remmen begint. Wat was zijn reactieafstand?
A
0 meter
B
2 meter
C
4 meter
D
4 m/s
Slide 16 - Quiz
Iemand fietst met een snelheid van 4 m/s op een fietspad en ziet een bal de weg op rollen. Terwijl hij grijpt naar zijn handrem legt hij 2 meter af voordat het remmen begint. In totaal legt hij 9m af nadat hij de bal zag - dan pas komt hij tot stilstand. Wat was zijn remweg?
A
4,5 meter
B
7 meter
C
9 meter
D
11 meter
Slide 17 - Quiz
Stopafstand
Slide 18 - Diapositive
Stopafstand
reactieafstand + remweg = stopafstand
"De totale afgelegde afstand vanaf het moment van de prikkel tot het moment van stilstand."
Slide 19 - Diapositive
Iemand fietst met een snelheid van 4 m/s op een fietspad en ziet een bal de weg op rollen. Terwijl hij grijpt naar zijn handrem legt hij 2 meter af voordat het remmen begint. In totaal legt hij 9m af nadat hij de bal zag - dan pas komt hij tot stilstand. Wat was de stopafstand?
A
4,5 meter
B
7 meter
C
9 meter
D
11 meter
Slide 20 - Quiz
Denk terug aan het openingsfilmpje, welke factor zorgde ervoor dat de ene auto wel op tijd stilstond en de andere niet.
A
Aanvangssnelheid
B
Remvertraging
C
Remweg
D
Stopafstand
Slide 21 - Quiz
Evaluatie
Slide 22 - Diapositive
Wat was het leerdoel van deze les?
Wat is het verband tussen stopafstand, reactieafstand en remweg