LES_LOS/VAST_E_EN

Welkom!

Jullie mogen allemaal inloggen op LessonUp.
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom!

Jullie mogen allemaal inloggen op LessonUp.

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
  • Korte toelichting bij de les.
  • Uitleg: Los of vast?
  • Tussendoor: vragen beantwoorden. 
  • Uitleg: -en of -e.
  • Tussendoor: vragen     beantwoorden.
  • Oefenen CambiumNed

Slide 2 - Diapositive

De doelen voor vandaag
  • Aan het einde van de les kun je de regels van het aaneenschrijven toepassen.
  • Aan het einde van de les weet je wanneer een woord eindigt op -e en wanneer op -en (bij bijv: sommige en andere). 

Slide 3 - Diapositive

Het schrijfexamen duurt ....
A
30 minuten
B
60 minuten
C
90 minuten
D
120 minuten

Slide 4 - Quiz

Je schrijft gemiddeld ..... teksten
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 5 - Quiz

Los of vast?
Opzoek of op zoek?

Slide 6 - Diapositive

Ik ben ........ naar een stage.
A
Op zoek
B
Opzoek

Slide 7 - Quiz

Wil je dat ik dat even voor je .......?
A
Op zoek
B
Opzoek

Slide 8 - Quiz

Welke woorden schrijf ik aan elkaar?
  • samenstellingen: rugzak, rugzaktoerisme,     rugzaktoerismecriminaliteit​ (Pas op: Engelse ziekte).
  • woorden met er-, hier-, daar- en waar- plus voorzetsel:   daarover, erin, daarnaast, waarmee​
  • getallen tot en met duizend: tweeëndertig,   zevenhonderdvijftig​, tweeduizend tweeëntwintig

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Jeugd + herberg + slaap + zaal

Slide 12 - Question ouverte

Daar + op
A
Daarop
B
Daar op

Slide 13 - Quiz

Ik loop marathons. Ik ben een .....
A
Lange afstandsloper
B
Langeafstands loper
C
Lange afstands loper
D
Langeafstandsloper

Slide 14 - Quiz

Lange afstandsloper
Langeafstandsloper

Slide 15 - Diapositive

Rode wijn drink je uit...
A
Rode wijn glazen
B
Rode wijnglazen
C
Rodewijnglazen

Slide 16 - Quiz

Rode wijnglazen
Rodewijnglazen

Slide 17 - Diapositive

Het koppelteken in samenstellingen
Voorvoegsels: niet-, non-, bijna-, oud-, ex-, aspirant-, adjunct-, substituut-, chef-, kandidaat-, interim-, stagiair-, leerling-, assistent-, collega-, meester-, Sint-, st.-​
Ex-echtgenoot, adjunct-directeur, leerling-verpleegkundige​

Voor de uitspraak (klinkerbotsing): hbo-opleiding, gala-avond, zee-egel​

Slide 18 - Diapositive

Het koppelteken in samenstellingen
Deel van de samenstelling bestaat uit naam, letters, cijfers of tekens: ​
A4-papier, het #-teken, de vmbo-leerling​

aardrijkskundige namen: ​
Zuid-Nederland, Centraal-Europa​

vaste combinatie: kant-en-klaarmaaltijd​

Slide 19 - Diapositive

mbo + student
A
mbostudent
B
MBOstudent
C
MBO-student
D
mbo-student

Slide 20 - Quiz

-e of -en?
Sommige of sommigen?

Slide 21 - Diapositive

In combinatie met een zelfstandig naamwoord: geen n
De woorden krijgen géén 'n' aan het eind als ze bij een zelfstandig naamwoord horen. Het maakt daarbij niet uit of je over mensen of dingen schrijft:

- Leuk dat sommige planten met de zon meedraaien.
- Er komen andere mensen naast ons wonen.




Slide 22 - Diapositive

Wanneer met een –n?​
Als het zelfstandig gebruikt wordt,​
én als het slaat op personen.​

​Sommigen begrijpen dit meteen, anderen doen er iets langer over.​

Slide 23 - Diapositive

In alle andere gevallen: -e​
Wat een prachtig schilderij. Ik kan niet wachten om de andere te zien.​

De koeien staan in de wei. Enkele lopen heerlijk te grazen.​


Slide 24 - Diapositive

Je moet beide(n) handen aan het stuur houden.
A
beide
B
beiden
C
Biden

Slide 25 - Quiz

Tussen de middag blijven sommige(n) op school.
A
sommige
B
sommigen

Slide 26 - Quiz


En nu zelf aan de slag!

Slide 27 - Diapositive