Hoofdstuk 4

Week 16 les 1
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Week 16 les 1

Slide 1 - Diapositive

Nieuwe aanpak
Je maakt alle opdrachten in het boek, behalve:
  • kijk- en luisteropdrachten
  • Test Yourself
  • Extra practice + extra challenge
  • Fiction 2
ZORG DAT JE ALTIJD OORTJES BIJ JE HEBT, ANDERS IS HET MATERIAAL NIET IN ORDE!

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
  • Je leert de adverbs in Engels (herhaling grammatica)
  • Je gaat een video kijken over Rosa Parks en hier vragen bij beantwoorden

LET OP: ALLE OPDRACHTEN IN BOEK, BEHALVE OPDRACHT 24!

Slide 3 - Diapositive

PLENDA
Maak opdracht 21, 23, 24 en 25 tijdens het zelfstandig werken op het leerplein. Dit is meteen huiswerk!
LET OP: ALLE OPDRACHTEN IN BOEK, BEHALVE OPDRACHT 24!  


Lees ook de grammatica goed door (gele blokken!) en de Phrases You Can Use (ook geel).
Leer van de Words and Phrases Part B: 'to appeal' t/m 'wounded'. Zorg dat je de woorden in zinnen kunt gebruiken dus lees ook de zinnen die ernaast staan goed door!

Slide 4 - Diapositive

Homework
Maak opdracht 15, 17, 19, 20 tijdens het zelfstandig werken op het leerplein. Dit is meteen huiswerk!
Lees ook de grammatica goed door (gele blokken!) en de Phrases You Can Use (ook geel).
Leer van de Words and Phrases Part B: 'actually' t/m 'staff'. Zorg dat je de woorden in zinnen kunt gebruiken dus lees ook de zinnen die ernaast staan goed door!
ALLES IN BOEK MAKEN, BEHALVE OPDRACHT 19 DIE MOET ONLINE!

Slide 5 - Diapositive

Opdracht 17
Samen nakijken!

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

ADVERBS

Slide 9 - Diapositive

What is an adverb?
Een 'adverb' (bijwoord) is een omschrijvend woord dat iets zegt over een 'verb'(werkwoord)  
bijvoorbeeld: I  can sing beautifully
Of zegt iets over een bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord
bijvoorbeeld: John is extremely late
Lara Croft performed exceptionally well

Slide 10 - Diapositive

Hoe maak je een adverb?
door +ly te plakken
bijvoorbeeld:
That music is loud --> He is talking loudly
Please be quiet. --> and whisper quietly

Slide 11 - Diapositive

Spellingsuitzonderingen!
  • woord eindigt op -le  ->   -ly            terrible -> terribly  

  • woord eindigt op medekl.+y    ->    -ily            easy -> easily  

  • woord eindigt op -ic -> -ically            fantastic -> fantastically 

Slide 12 - Diapositive

nog meer uitzonderingen 
goed :        good – goodly    well 
hard :       hard – hardly     hard 
Snel :          fast – fastly     fast 
laag :          low– lowly     low 
lang :          long – longly     long
recht:         straight - straightly   straight
laat:            late - lately late

Slide 13 - Diapositive

Work alone
Maak opdracht 21, 23, 24 en 25 tijdens het zelfstandig werken op het leerplein. Dit is meteen huiswerk!
LET OP: ALLE OPDRACHTEN IN BOEK, BEHALVE OPDRACHT 24!
Lees ook de grammatica goed door (gele blokken!) en de Phrases You Can Use (ook geel).
Leer van de Words and Phrases Part B: 'to appeal' t/m 'wounded'. Zorg dat je de woorden in zinnen kunt gebruiken dus lees ook de zinnen die ernaast staan goed door!






Slide 14 - Diapositive