Kunstgeschiedenis - Hyperrealisme

flitskaartje Pop-art:
  • 1956-1970
  • Figuratief
  • inspiratie uit Westerse consumptiecultuur (reclame, popsterren, massacultuur, strips)
  • Ironie en humor

  • Geen persoonlijk handschrift van de kunstenaar
  • Soms laat hij werk zelfs door anderen uitvoeren
  • Andy Warhol, the factory, zeefdruktechniek

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

flitskaartje Pop-art:
  • 1956-1970
  • Figuratief
  • inspiratie uit Westerse consumptiecultuur (reclame, popsterren, massacultuur, strips)
  • Ironie en humor

  • Geen persoonlijk handschrift van de kunstenaar
  • Soms laat hij werk zelfs door anderen uitvoeren
  • Andy Warhol, the factory, zeefdruktechniek

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

vergelijken
Amerikaanse popart ...... consumptiemaatschappij .....
Nouveau realisme ...... consumptiemaatschappij ......

Zo leg je een verschil uit.
Benoem beide en kom in je antwoord
terug op de kern van de vraag.

Slide 3 - Diapositive

Nouveau realisme
* beelden uit dagelijks leven
* kritische kijk op consumptie maatschappij
* nadruk op vernietiging en aftakeling
*verwerking afval materialen in het werk
* scheiding beeldhouwkunst /schilderkunst vervaagd.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Hyperrealisme
  • Vanaf 1960
     
  • De popart wordt in Amerika gevolgd door   het hyperrealisme. Daarna ook in andere   landen.
  • Andere naam: fotorealisme, het ziet er uit   als een foto. 
  • Ligt goed in de markt, omdat het 'knap gemaakt' is en geen zware inhoud heeft. 
Tjalf Sparnaay

Slide 6 - Diapositive

  • Onderwerpen uit het dagelijks leven.
  • Voorkeur voor glimmende en transparante objecten.
  • Gaat om de virtuoze techniek, niet zozeer om de inhoud. 
  • Vaak geschilderd aan de hand van foto's. 
  • Zeer gedetailleerd, geen handschrift zichtbaar. 
  • Blow-up: onderwerp sterk uitvergroot. 

Slide 7 - Diapositive

Wat is geen overeenkomst tussen popart en het hyperrealisme?
A
Onderwerpen uit het dagelijks leven.
B
Consumptie- maatschappij
C
Blow-ups
D
Fel kleurgebruik

Slide 8 - Quiz

Schilderkunst
  • Toevallige opname dagelijks leven.
  • Moderne consumptiemaatschappij.
  • Spiegeling, stofuitdrukking en plasticiteit. 
  • Geen emotionele of kritische   betrokkenheid.
  • Objectief, zonder commentaar.
Richard Estes

Slide 9 - Diapositive

Cor Groenenberg - olieverf
Grote scherptediepte: ons oog of een camera kan de werkelijkheid nooit overal scherp waarnemen. 
Chuck Close - olieverf
Kleine scherptediepte. Ook past hij fotografische vervormingen toe die extra opvallen in een blow-up. 

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Beeldhouwkunst
  • Mensen in alledaagse situaties.
  • Zeer levensecht. 
  • Toevoegen van bestaande voorwerpen.
  • Roept vervreemding op.
Duane Hanson
Alberto Giacometti

Slide 12 - Diapositive

Duane Hanson

Afgietsels van echte mensen.
Kritiek op consumptiemaatschappij => uitzondering binnen hyperrealisme.






Bansky: Dismaland

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Ron Mueck, die oorspronkelijk poppenmaker was, spaart kosten noch moeite om zijn beelden zo realistisch mogelijk te maken. Zo worden bijvoorbeeld de haren en wimpers één voor één in zijn beelden ingeplant. 

Hij wijzigt het formaat van zijn beelden ten opzichte van de werkelijkheid om de inhoud te versterken. 

Ron Mueck

Slide 15 - Diapositive

Modernisme
Postmodenisme
Surrealisme
Hyperrealisme
geen diepere 
betekenis of inhoud
grondig onderzoek naar onderbewuste en bovenwerkelijke
populair en herkenbaar onderwerp
georganiseerde beweging

Slide 16 - Question de remorquage