Introductieles Frans

Introductieles Frans
1 / 54
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 54 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Introductieles Frans

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Comment tu t'appelles? -> Je m'appelle ...
On se présente!

(we stellen ons voor)

Slide 3 - Diapositive

Moi, j'habite à ...
Où habites-tu?
(Waar woon je?)
Beringen 
Pelt
Hechtel
Koersel

Slide 4 - Diapositive

Waar denk je aan als je aan Frankrijk denkt?

Slide 5 - Carte mentale

Ben jij al eens in Frankrijk geweest?
Ja
Nee

Slide 6 - Sondage

Welke plaatsen / gebieden in Frankrijk heb jij zelf bezocht?

Slide 7 - Question ouverte

Les plus grandes villes de la France
(De grootste steden van Frankrijk)

Slide 8 - Diapositive

Welke Franse woordjes ken je al?

Slide 9 - Carte mentale

Wat is het Franse woord voor 'zwembad'?
A
Swimming pool
B
Piscine
C
Balade
D
Livre

Slide 10 - Quiz

Hoe bestel je 1 brood en 5 croissants in het Frans?
A
Un pain et cinq croissants s'il vous plaît.
B
Un pain et quatre croissants.
C
Cinq pains et un croissant s'il vous plaît.
D
A demain!

Slide 11 - Quiz

tellen in het Frans
On compte en français
On compte en français!
                                                   
(We tellen in het Frans)

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Hoe zeg je 5 in het Frans?
A
Quatre
B
Cinq
C
Six
D
Trois

Slide 14 - Quiz

Hoe zeg je 19 in het Frans?
A
Dix-neuf
B
Dix-huit
C
Neuf-dix
D
Huit-dix

Slide 15 - Quiz

Wat is het laatste getal in het liedje?
A
onze
B
trois
C
dix
D
vingt

Slide 16 - Quiz

Hoe vraag je in het Frans hoe iemand heet?
A
Comment ça va?
B
Comment tu t'appelles?
C
Bien et toi ?
D
Moi, Greet!

Slide 17 - Quiz

Als je weggaat zeg je:
A
Au revoir!
B
Bonjour!
C
Moi.
D
Arrivedeci!

Slide 18 - Quiz

Hoe zeg je in het Frans:

Waar woon je?
A
Comment tu t’appelles?
B
Où habites-tu?
C
Woar komst Vandoane ?
D
Tu as quel âge?

Slide 19 - Quiz

Wat is geen Frans automerk?
A
Peugeot
B
Ferrari
C
Renault
D
Citroën

Slide 20 - Quiz

Hoe heet het gebouw op deze foto?

Slide 21 - Question ouverte

Wat is de achternaam van de huidige President van Frankrijk?

Slide 22 - Question ouverte

Hoe wordt het Franse voetbalelftal ook wel genoemd?
A
Les Toppers
B
L'équipe orange
C
Les Bleus
D
La Marseillaise

Slide 23 - Quiz

Hoe hoog is de Eiffeltoren?

Slide 24 - Question ouverte

In welk land is Frans niet de voertaal of een van de voertalen?
A
België
B
Canada
C
Zwitserland
D
Kenia

Slide 25 - Quiz

Frans leren omdat...
Een taal leren verbreedt je horizon, je komt er letterlijk verder mee in het leven. Lekker op vakantie naar bijvoorbeeld de stad van de liefde!
Frans is een officiële taal in België.
Frans kan dus een grote carrièrevoorsprong opleveren.
Frans is makkelijk te leren door een grote vocabulaire overlap met het basis Engels. En met Frans op zak zijn andere Romaanse talen als Spaans ook makkelijker te leren. 

Slide 26 - Diapositive

Hoeveel mensen ter wereld spreken er ongeveer Frans?
A
200 miljoen
B
300 miljoen
C
400 miljoen
D
500 miljoen

Slide 27 - Quiz

Frans in de hele wereld
Canada (Quebec) - Algérie - Tchad - Mali Congo - Côte d'Ivoire - Madagascar Polynesie - Guyana - Laos - Cambodja - Vietnam

Slide 28 - Diapositive

De hoeveelste wereldtaal is Frans?
A
3e
B
4e
C
5e
D
6e

Slide 29 - Quiz

Slide 30 - Diapositive

Wat zou je zoal willen leren bij het vak Frans?

Slide 31 - Carte mentale

Wat heb je komende weken nodig bij Frans?

Grandes Lignes (6e editie) cahier d'activités A (FLEX)
Laptop (inloggegevens magister)
Snelhechter + naam en mooie voorkant + schrift / blaadjes om aantekeningen te maken





Slide 32 - Diapositive

huiswerk maandag 4e

Meenemen:
 Boek GL deel A
+ snelhechter met mooi voorblad voorzien van naam
+ schrift / losse blaadjes
Agenda + pen

Slide 33 - Diapositive

Combine les mots! Er blijven 2 woorden over.
Bonjour!
Ça va?
Merci!
Au revoir!
Bienvenue!
Welkom!
Tot ziens!
Hallo!
Ik heb honger!
Hoe gaat het?
Bedankt!
Kom binnen!

Slide 34 - Question de remorquage

Wat is de hoofdstad van Frankrijk?
A
Brussel
B
Madrid
C
Parijs
D
Rome

Slide 35 - Quiz

Wat zijn de kleuren van de Franse vlag?
A
blauw, wit, rood
B
geel en groen
C
zwart, geel, rood
D
rood en wit

Slide 36 - Quiz

Welk land in Europa is NIET Franstalig?
A
België
B
Luxemburg
C
Zweden
D
Zwitserland

Slide 37 - Quiz

La Francophonie

Slide 38 - Diapositive

Welke gerecht is typisch Frans?
A
braadworst
B
paëlla
C
pizza
D
quiche

Slide 39 - Quiz

Hoe heet de (nog steeds) huidige Franse president?
A
François Hollande
B
Nicolas Sarkozy
C
Emmanuel Macron
D
Barack Obama

Slide 40 - Quiz

Hoe heet Kuifje in het Frans
A
Tintin
B
Tonton
C
Tantan
D
Titeuf

Slide 41 - Quiz

Welk belangrijk Frans historisch figuur zie je op de foto?

Slide 42 - Question ouverte

Het Franse woord 'café' betekent 'café' in het Nederlands. Maar wat betekent het nog meer?

Slide 43 - Question ouverte

Hoe heet de bekende wielerwedstrijd in Frankrijk?

Slide 44 - Question ouverte

Bienvenue!
à la classe de français


Slide 45 - Diapositive

Frans leren... Pourquoi?
  • Frans is een wereldtaal. Het wordt gesproken in maar liefst 45 landen!
  • Ik vind het leuk om talen te leren.
  • Ik wil later veel reizen.
  • Ik wil later werken in de economie.
  • Je maakt kennis met verschillende taalsystemen.

Slide 46 - Diapositive

Welke Franse woordjes ken jij al?
Wat weet jij al over Frankrijk?
Franse woorden

Slide 47 - Carte mentale

Sleep de zinnen in het blauwe vakje naar de juiste vraag.
Bonjour, comment ça va?
Comment tu t'appelles?
Tu parles français?
Oui, je parle français.
Bonjour, ça va bien et toi?
Je m'appelle Lisa.

Slide 48 - Question de remorquage

Le saviez-vous...?
Wist je dat...?
Heel veel Nederlandse woorden eigenlijk Franse ''leenwoorden'' zijn?

Slide 49 - Diapositive

Je gaat zo boodschappen doen in een Franse supermarkt.
Sleep de producten die op het boodschappenlijstje staan naar jouw winkelwagentje. 

Slide 50 - Diapositive

Slide 51 - Question de remorquage

Welk bekend Frans
monument zie je hier?
A
De Arc de Triomph
B
De Tour Montparnasse
C
De Eiffeltoren
D
De Obelisk

Slide 52 - Quiz

Ken jij de getallen al in het Frans? Sleep de Franse getallen naar de juiste cijfers!
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
neuf
dix
deux
six
cinq
un
huit
quatre
sept
trois

Slide 53 - Question de remorquage

  • Brugklas
  • Vanaf de tweede klas kun je Frans kiezen

Wat ga je leren?
  • Vocabulaire
  • Grammatica
  • Zinnen
  • Gesprekken voeren

Slide 54 - Diapositive