Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Politieke stromingen 1848 -1919
Slide 1 - Diapositive
Welk begrip past niet bij de situatie in Nederland eind 19e eeuw?
A
Sociale Kwestie
B
Industrialisering
C
Burgerij
D
Algemeen kiesrecht
Slide 2 - Quiz
Hoe werden tot 1879 kamerleden gekozen?
A
Via politieke partijen
B
via kiesdistricten
C
via de koning
D
via Thorbecke
Slide 3 - Quiz
Het districtenstelsel
Tot 1879 bestonden er in Nederland géén politieke partijen.
Via kiesdistricten werden Kamerleden gekozen.
Politici waren dus niet gebonden aan een zogenaamde 'partijlijn'. Zij dienden het algemeen belang!
Slide 4 - Diapositive
Liberalen aan de leiding
Na de invoering van het parlement in 1848, werden voornamelijke liberale politici gekozen
Liberalen stellen vrijheid van het individu voorop. Mensen moeten zelf bepalen wat ze doen met hun bezittingen en geld. De overheid moet zich zo min mogelijk bemoeien met de burger
Slide 5 - Diapositive
Waarom waren vooral liberale politici populair halverwege de 19e eeuw denk je?
Slide 6 - Question ouverte
Sociale Kwestie
Wie moet de sociale kwestie oplossen? Moet er iemand opkomen voor de burgers en strijden tegen de armoede?
De Liberalen raken hierover verdeeld:
1. Links-liberalen (overheid moet mensen helpen die buiten hun schuld in de problemen waren geraakt)
2. Rechts-liberalen: overheid moet nooit ingrijpen
Slide 7 - Diapositive
Eind 19e eeuw worden sociale wetten ingevoerd, welke stromingen van de liberalen was dus het sterkst?
A
Links-liberaal
B
Rechts-liberaal
C
Beide
D
Geen
Slide 8 - Quiz
Politieke partijen
Mede door de verdeeldheid onder de liberalen, ontstaan er verschillende groepen en die gaan zich vereningen in politieke partijen.
Ook de confessionelen en socialisten gaan dit doen
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Wat is géén confessionele stroming?
A
Socialisme
B
Liberalisme
C
Katholicisme
D
Protestantisme
Slide 11 - Quiz
De confessionelen
Twee stromingen in Nederland:
1. Katholieke confessionele stroming
2. Portestants-christelijke stroming
Waarom gingen deze groepen zich politiek verenigen?
Ze voelden zich achtergesteld door de politieke elite
Slide 12 - Diapositive
Waarin voelden de confessionelen zich achtergesteld?
A
Woningbouw
B
Werk
C
Scholen
D
Verenigingen
Slide 13 - Quiz
Waar ging de schoolstrijd over?
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Vidéo
De schoolstrijd
Sinds de schoolwet van 1870 werden openbare scholen gefinancieerd door de overheid
De confessionelen willen scholen waar bijzonder onderwijs wordt gegeven (religieuze scholen), en willen daar ook financiering voor, maar krijgen dit niet.
Uit protest richt Abraham Kuyper de ARP op
Slide 16 - Diapositive
De ARP
De antirevolutionaire partij (ARP) wordt opgericht door Abraham Kuyper.
- Eerste politieke partij
- Partijdiscipline (eenheid)
- 'Kleine luyden'
Slide 17 - Diapositive
De katholieken
De katholieken vormen niet direct een politieke partij
Verenigen zich onder Herman Schaepman en steunen de ARP in hun strijd tegen de liberalen
Hierdoor konden ze de liberalen verslaan!
Slide 18 - Diapositive
Aan de slag!
Opdrachten 'historisch denken 2.1' bladzijde 32 en 33: 1 en 3
Opdrachten 'historisch denken 2.2' bladzijde 33: 2, 3 en 4
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Programma
doel
terugblik
bespreken socialisten en kiesrecht
aan de slag
afronden
Slide 21 - Diapositive
Waarover ging de schoolstrijd?
Slide 22 - Question ouverte
Wie waren de confessionelen?
Slide 23 - Question ouverte
Socialisme
Slide 24 - Carte mentale
Wat is het verschil tussen de sociaaldemocratie en het communisme?
Slide 25 - Question ouverte
Sociaaldemocratie
Parlementaire democratie
Verkiezingen
Samenwerking met andere partijen
SDB: Sociaal-Democratische Bond
Wordt steeds radicaler en besluit in 1893 niet meer mee te doen aan verkiezingen, alleen harde actie
Slide 26 - Diapositive
SDAP
1894 wordt de eerste echte sociaal-democratische partij opgericht: de SDAP