Période un 1.4 3ABC

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Leçon 1.4

vérsion pour 3ABC 

Les buts du cours 

- Ik ken het bijvoeglijk naamwoord en kan dit toepassen

- Ik kan informatie vinden in korte teksten 

- Ik herken de toekomende tijd 

- Ik ken de geschiedenis van Jeanne d’Arc

Le planning 

- Fais l’interro vocabulaire chapitre un C, E et grammaire les adjectifs

- Fais chapitre un F les exercices 22, 23

- Instruction les adjectifs 

- Fais chapitre un D l'exercice 16a,d

- Regarde l’histoire de Jeanne d’Arc p. 34

1. Fais l’interro: les adjectifs et vocabulaire chapitre un C/E (its learning) 

   

2. Fais chapitre un F les exercices 22, 23 page 38 (livre/boek) 

1. Fais les exercices 22 23 page 38 

2. Corrige les exercices 10ab page 26
3. Corrige les exerices  15abcd page 30 

10 ab 15 abcd?! Niet gemaakt dan gaan maken bij stap 2. 

1. Fais les exercices 22 23 page 38

2. Corrige les exercices 10ab page 26 

3. Corrige les exerices 15abcd page 30

10 ab 15 abcd?! Moest dat?! Niet gemaakt dan gaan maken ipv nakijken. 

Het bijvoeglijk naamwoord

La grande dame de fer 

Voici sa petite histoire 

Une exposition universelle 

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

In het Frans staat het bijvoeglijk naamwoord meestal ......... het zelfstandig naamwoord.

1. voor
2. achter

De uitzonderingen p.166

bon - goed

grand - groot

petit - klein

premier - eerste

dernier - laatste

joli - mooi

 

Deze komen voor het znw

jeune - jong 

vieux - oud 

nouveau - nieuw 

mauvais - slecht

long - lang 

beau - mooi 

Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats.

1. C'est un petit chat
2. C'est un chat petit

Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats.

1. Voilà une rose voiture
2. Voilà une voiture rose

Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats en in de juiste vorm.

1. Elle est une chanteuse français.
2. Elle est une française chanteuse.
3. Elle est une chanteuse française.
4. Elle est une français chanteuse.

Het bijvoeglijk naamwoord

 Het bijvoeglijk naamwoord past zich aan het zelfstandig naamwoord. 

	Enk	Mv
Man	-	s
Vrouw	e	es

Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord?

1. Mon stylo verte
2. Mon stylo vert
3. Mon stylo verts
4. Mon stylo vertes

Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord?

1. Un petit chien
2. Un petits chien
3. Un petite chien
4. Un petites chien

Kies: het bijvoeglijk naamwoord op de juiste plaats.

1. C'est un YouTubeur populaire.
2. C'est un populaire YouTubeur.
3. C'est un YouTubeur populair.
4. C'est un populair YouTubeur.

Samenvatting 

1. Plek van bijvoegelijk naamwoord is achter het znw. Er zijn een paar uitzonderingen die ervoor komen.

2. Het bijvoeglijk naamwoord past zich aan het znw. 

	Enkelvoud	Meervoud
Mannelijk	-	+s
Vrouwelijk	+e	+es

Francofolies page 34 

Bekijk de strip op deze pagina

Ken de je deze naam? 
Ben je wel eens in Orléans geweest? 

Stukje geschiedenis, bezienswaardigheden, feestdagen enz bespreken in de les vind ik.....

😒🙁😐🙂😃

L'exercice 16a page 31 

Fais l'exercice 16 d page 32 

Les devoirs 

Apprendre:

- Vocabulaire Chapitre un F p. 40 blanc (F-N/N-F) bleu (F-N)

- Vocabulaire G p. 50 (F-N)

Faire:

- Fais chapitre un F l’exerice 25ab

- Finis les exerices du cours

- Deadline l'épreuve 1.1 vendredi 22 september 19 heures