Par.6 Afsluiting

De Koude Oorlog
Par. 6 afsluiting



Basis 3 - periode 2
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

De Koude Oorlog
Par. 6 afsluiting



Basis 3 - periode 2

Slide 1 - Diapositive

Twee Berlijners praten voor de Brandenburger Tor op 12 november 1989 terwijl ze samen een lunch genieten op het 'visite platform' vlak bij de Berlijnse Muur. (AP Photo/Lionel Cironneau)
Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

...weet je welke leerdoelen zijn behandeld in het boek en kan je vragen daarover maken. 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is wat?
Dikgedrukt = een begrip
schuin = moeilijk woord

uitleg van begrip
Hierin staat de uitleg van het begrip. Schrijf het begrip en de betekenis op in je schrift.
uitleg van moeilijk woord
Hierin staat de uitleg van het moeilijke woord. Schrijf het op in je schrift.
uitleg
Hierin staat de uitleg over een bepaald onderwerp.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke twee tijdvakken speelt de Koude Oorlog zich af?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen par. 1
  • Je kunt uitleggen waarom de verhouding tussen de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten en Groot-Brittannië na het einde van de Tweede Wereldoorlog slechter werd. 
  • Je kunt uitleggen op welke wijze de twee supermachten (de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie) het ontstaan van twee machtsblokken veroorzaakten.
  • Je kunt uitleggen welke invloed de wapenwedloop had op het verloop van de Koude Oorlog (positief en negatief). 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vul de ontbrekende woorden op de goede plek in.
West-Europa
Oost-Europa
communisme
democratie
vrijheid
planeconomie
Verenigde Staten
iedereen heeft evenveel
kapitalisme
dictatuur
gelijkheid
vrijemarkteconomie
Sovjet-Unie
groot verschil arm/rijk

Slide 6 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie is wie? Plaats de juiste naam bij de juiste persoon.
Churchill
Groot-Brittannië
Roosevelt
Verenigde Staten
Stalin
Sovjet-Unie

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe worden deze drie personen ook wel genoemd?
A
De Grote Twee
B
De Grote Drie
C
De Grote Een
D
De Grote Vier

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke conferentie is deze foto genomen?
A
Conferentie van Jalta
B
Conferentie van Potsdam

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat werd er niet afgesproken bij de Conferentie van Jalta?
A
Hoe het na de oorlog verder moest met Europa.
B
Hoe de oorlog snel tot een eind kon komen.
C
Dat Polen bij de Sovjet-Unie ging horen.
D
De verdeling van Duitsland.

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat werd er niet afgesproken bij de Conferentie van Potsdam?
A
Duitsland moest een dictatuur worden.
B
De verdeling van Duitsland.
C
Nazi's werden opgespoord en bestraft.
D
Duitsland werd ontwapend.

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In 1949 werden van de vier bezettingszones twee landen gevormd. Vul de ontbrekende woorden op de juist plek in.
Westerse bezettingszones
Sovjet-bezettingszones
Naam
Politiek systeem
Economisch systeem
Werkte samen met:
BRD
kapitalisme
Sovjet-Unie
democratie
communisme
dictatuur
Verenigde Staten
DDR

Slide 12 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de onderstaande zes gebeurtenissen op de juiste volgorde.
De Russische Revolutie
Stalin komt aan de macht in de Sovjet-Unie.
Hitler komt aan de macht in Duitsland.
Duitsland en de Sovjet-Unie sluiten een niet-aanvalsverdrag. (Ze beloven elkaar dus om elkaar niet aan te vallen als er een oorlog komt.)
Conferentie van Jalta. De Grote Drie (Churchill, Roosevelt en Stalin) komen bij elkaar om te praten over het einde van de Tweede Wereldoorlog.
Conferentie van Potsdam. De Grote Drie (Truman, Attlee en Stalin) bepalen wat er met Duitsland na de Tweede Wereldoorlog moest gebeuren. Ook moesten nazi's worden bestraft.

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heeft de Trumanleer te maken met het Marshallplan?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef antwoord op de deelvraag.
"Waardoor ontstond de Koude Oorlog?"

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen par. 2
  • Je kunt beschrijven hoe en waarom Duitsland een belangrijke rol speelde in de Koude Oorlog.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke conferentie werd afgesproken hoe het verder moest met Duitsland?
A
Conferentie van Jalta
B
Conferentie van Potsdam

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg uit wat de blokkade van Berlijn (1948) was.

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een direct gevolg van de Blokkade van Berlijn.

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de NAVO?
A
Een militair bondgenootschap om de vrede te bewaren.
B
Een militair bondgenootschap om elkaar te beschermen.
C
Een militair bondgenootschap om aan te kunnen vallen.
D
Een economisch bondgenootschap.

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het Wirtschaftswunder?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom werd de Berlijnse Muur in 1961 gebouwd?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Beschrijf hoe het leven in de DDR eruit zag.
Gebruik in je antwoord: Stasi - DDR - communisme

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef antwoord op de deelvraag.
"Welke gevolgen had de Koude Oorlog voor Duitsland tussen 1945 en 1980?"

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen par. 3
  • Je kunt uitleggen welke invloed de wapenwedloop had op het verloop van de Koude Oorlog (positief en negatief). 
  • Je kunt de Koude-Oorlogsconflicten in Korea, Cuba en Vietnam beschrijven.

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Met welk doel is de VN opgericht?
A
Om de Sovjet-Unie te beschermen.
B
Om een nieuwe oorlog te voorkomen.
C
Om de vrede en veiligheid in de wereld te bewaren.
D
Om elkaar te belemmeren met vetorecht.

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg uit wat er tijdens de Koreaanse Oorlog (1950-1953) gebeurde.

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg uit wat er tijdens de Cubacrisis (1962) gebeurde.

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg uit wat er tijdens de Vietnam Oorlog (1953-1975) gebeurde.

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk conflict is volgens jou de gevaarlijkste van de Koude Oorlog? LEG UIT!!!
Kies uit: Korea - Cuba - Vietnam

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef antwoord op de deelvraag.
"Wat waren de belangrijkste conflicten tijdens de Koude Oorlog?"

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen par. 4
  • Je kunt uitleggen hoe Gorbatsjov onbedoeld zorgde voor het einde van de Koude Oorlog.
  • Je kunt uitleggen waarom het einde van de jaren tachtig het politiek en economische systeem van het Oostblok in elkaar stortte. 

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke gebeurtenis zie je op de achtergrond?
A
Bouw van de Berlijnse Muur
B
Val van de Berlijnse muur

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de perestrojka?
A
Dat zijn dingen die hetzelfde blijven.
B
Dat zijn hervormingen.
C
Dat zijn militaire oefeningen.
D
Dat zijn gewapende conflicten.

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de glasnost?
A
Dat de Sovjet-Unie meer openheid moest tonen.
B
Dat de Sovjet-Unie meer gesloten werd.

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef een reden waarom Gorbatsjov in de Sovjet-Unie niet populair was.

Slide 36 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

In welk jaar werd Duitsland weer één land?
A
In 1945.
B
In 1961.
C
In 1989.
D
In 1990.

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef antwoord op de deelvraag.
"Waardoor kwam er een einde aan de Koude Oorlog en wat waren de gevolgen van de Koude Oorlog?"

Slide 38 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Is er volgens jou een einde gekomen aan de Koude Oorlog? LEG UIT!

Slide 39 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip hoort niet in het rijtje thuis?
Wirtschaftswunder - Stasi - Ostpolitiek BRD

Slide 40 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip hoort niet in het rijtje thuis?
Potsdam - Marshallplan - kapitalisme - Verenigde Staten

Slide 41 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip hoort niet in het rijtje thuis?
Warschaupact - Oostblok - Grote Drie - invloedssfeer

Slide 42 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip hoort niet in het rijtje thuis?
glasnost - perestrojka - dominotheorie - Gorbatsjov

Slide 43 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions