V4 Cabaret I LNJ

Cabaret I
Bij CKV
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 14 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Cabaret I
Bij CKV

Slide 1 - Diapositive

KIK Beoordeling
 5. Muziek - groep René
  • cijfer Dimensie 
  • cijfer Stijlen 
  • cijfer Drie goede VB voor een CAP 
  • cijfer Afbeeldingen / film- geluidsfragmenten 
  • cijfer Presenteren 
  • cijfer Poster 
    (gemiddelde van de cijfers = eindcijfer. Eventueel per individu aanpassen)
Cijfer:8,3
Docent: 8,5
Klas: 8

Slide 2 - Diapositive

KIK Beoordeling
 6. Dans - groep Jitske
  • cijfer Dimensie 
  • cijfer Stijlen 
  • cijfer Drie goede VB voor een CAP 
  • cijfer Afbeeldingen / film- geluidsfragmenten 
  • cijfer Presenteren 
  • cijfer Poster 
    (gemiddelde van de cijfers = eindcijfer. Eventueel per individu aanpassen)
Cijfer: 7,6
Docent: 7,5
Klas: 7,8

Slide 3 - Diapositive

KIK Beoordeling
 7. Muziek - groep Loeka
  • cijfer Dimensie 
  • cijfer Stijlen 
  • cijfer Drie goede VB voor een CAP 
  • cijfer Afbeeldingen / film- geluidsfragmenten 
  • cijfer Presenteren 
  • cijfer Poster 
    (gemiddelde van de cijfers = eindcijfer. Eventueel per individu aanpassen)
Cijfer: 8,3
Docent: 8,5
Klas: 8

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kunt samenvatten wat cabaret is en wat voor plek het heeft in onze culturele samenleving
  • Je kent verschillende voorbeelden van cabaret en kunt je mening hierover geven.
  • Je kan de verschillende theatrale middelen noemen

Slide 5 - Diapositive

Hoe wordt je een Cabaretier?

Slide 6 - Question ouverte

Thjum Arts: Filmpje
minuut 31 - 35

Slide 7 - Diapositive

Gespreksvragen over humor

Slide 8 - Diapositive

Wanneer is een grap goed? Aan welke kenmerken moet het voldoen?

Slide 9 - Question ouverte

Wat moet je kunnen om publiek in je eentje te vermaken?

Slide 10 - Question ouverte

Theatrale middelen
  • Licht
  • Decor en Rekwisieten
  • Muziek en Geluid
  • Film en digitale technieken
  • Kostuum en grime (smink)
  • Beweging en Dans
Ze bepalen het toneelbeeld.
Er kan in meerdere en mindere mate gebruik van gemaakt worden.
Daarom zijn er veel verschillende soorten Cabaret.

Slide 11 - Diapositive

2

Slide 12 - Vidéo

1

Slide 13 - Vidéo

Opdracht
Zoek een Cabaretier van Comedytrain. (zie website link)
Kies een fragment van een cabaret voorstelling (max 2 min.)
Omschrijf:
- Wat is de humor in dit stuk?
- Wat is de boodschap die de cabaretier aan ons over wil dragen?
- Welke soort Cabaret is dit en waar herken je dat aan?
(Voorbeelden van verschillende soorten staan in de Lessonup)
- Welke theatrale middelen zie je?
- Zet de link van jouw fragment en de informatie in Its Learning en op je website
- Verschillende groepjes presenteren hun fragment.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

00:30
Van welke theatrale middelen maakt Jochem Meyer allemaal gebruik?
A
Decor, rekwisieten, kostuum.
B
Decor, kostuum, licht, geluid, film, zang, spel.
C
Muziek, geluid, zang.
D
Film, licht.

Slide 16 - Quiz

Jouwweb
Open je 'dashboard' van Jouwweb
Zet onder CZP1 een 'document'. Upload je CZP1
Zet onder KIK een 'document'. Upload de PP van je KIK

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Lien

Soorten Cabaret
literair satirisch (Spelen met taal; poëtisch / hatelijk)
verhalend (verhaal met een moraal)
nonsens (absurde verhaaltjes en typetjes)
stand-up comedy (korte, humoristische gebeurtenissen)
fysiek, (Veel uitbeelden, weinig praten)
muzikaal (spelen met muziek)
zap-cabaret (snel schakelen tussen verschillende onderwerpen)
maatschappij kritisch cabaret (actuele maatschappelijke, politieke gebeurtenissen)

Slide 19 - Diapositive

1

Slide 20 - Vidéo

01:20
Welke soort Cabaret?
A
Fysiek
B
Zap-Cabaret
C
Nonsens
D
Muzikaal

Slide 21 - Quiz

1

Slide 22 - Vidéo

06:00
Welke soort Cabaret?
A
Stand up Comedy
B
Fysiek
C
Verhalend
D
Nonsens

Slide 23 - Quiz

00:31
Welke drie theatrale middelen heb je gezien?
A
Publiek Licht Video- en filmprojecties
B
Video- en filmprojecties Muziek- en geluidseffecten Kostuums
C
Kostuums Decor Muziek- en geluidseffecten
D
Muziek- en geluidseffecten Kostuums Grime

Slide 24 - Quiz

01:02
Een van de theatrale middelen is spel. Dat is de manier van spreken en bewegen.

Hoe brengt Bert Visscher zijn personage tot leven?

Slide 25 - Question ouverte

1

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Lien

Zet de link van jouw fragment hier neer.

Slide 28 - Question ouverte

Je kunt de verschillende theatrale middelen benoemen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 29 - Sondage

Je kent verschillende soorten cabaret en kunt je mening hierover geven
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Sondage

03:29
Over welke twee maatschappelijke thema's gaat dit fragment?

Slide 31 - Question ouverte

Voorbeelden 
van Soorten Cabaret

Slide 32 - Diapositive

Stand-up comedy
Vergeleken met het Nederlandse cabaret is het theatrale element bij stand-upcomedy veel meer beperkt. In plaats van langere nummers en muzikale onderdelen bestaat het slechts uit korte humoristische anekdotes. In Nederland is het Amsterdamse comedycafé Toomler hier het bekendste voorbeeld van.
Voorbeelden hiervan zijn: Martijn Koning, Rene van Meurs, Patrick Laureij, Soundos el Ahmadi.


Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Vidéo

Literair satirisch
De cabaretier speelt met taal, soms in een poëtische vorm, maar soms is hij/zij keihard en hatelijk.
Voorbeelden hiervan zijn: Wim Sonneveld en Herman Finkers.



Slide 35 - Diapositive

0

Slide 36 - Vidéo

Verhalend
De cabaretier vertelt een verhaal met een moraal erin verpakt. Dit doet hij meestal op een licht absurdistische manier waarin hij afwisseld tussen de spanning en de lach.
Voorbeelden hiervan zijn: Youp van ‘t Hek en Ronald Goedemondt.



Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Vidéo

Sketch
Een sketch is een kort komisch optreden met een of meer acteurs. Vaak zijn er meerdere sketches achter elkaar. De sketch kan zich op het toneel afspelen, maar ook in een andere omgeving. We zien veel sketchprogramma's op tv.
Voorbeelden hiervan zijn: Sluipschutters, Komt een man bij de dokter, Toren C, Rundfunk.


Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Vidéo

Maatschappijkritisch: 
De cabaretier analyseert en speelt met actuele, maatschappelijk en politieke gebeurtenissen, taboedoorbrekend, tijdgebonden.
Voorbeelden hiervan zijn: Wim Kan, Freek de Jonge, Theo Maassen en Javier Guzman

Slide 41 - Diapositive

Slide 42 - Vidéo

Nonsens
De cabaretier vertelt (schijnbaar) onzinnige en absurde verhaaltjes en speelt hiermee. Bij deze vorm van cabaret worden ook vaak idiote typetjes gespeeld.
Voorbeelden hiervan zijn: Hans Teeuwen, Urbanus, Najib Amhali en Bert Visscher.



Slide 43 - Diapositive

0

Slide 44 - Vidéo

Fysiek cabaret
In de voorstelling ligt de nadruk veel minder op het tekstuele gedeelte, maar meer op acrobatische stunts en grappen met voorwerpen en apparaten. Ook spelen gebaren en non verbale communicatie hierbij een grote rol.
Voorbeelden hiervan zijn: Waardenberg en De Jong, Schudden en de Ashton Brothers.


Slide 45 - Diapositive

0

Slide 46 - Vidéo

Muzikaal cabaret
De cabaretier speelt met muziek. Dit kan hij doen door bijvoorbeeld bekende melodieën te verdraaien of te combineren, maar ook door te spelen met melodie en inhoud. bijvoorbeeld een bij hele treurige muziek hele vrolijke dingen zingen.
Voorbeelden hiervan zijn: Hans Liberg, Kees Torn.



Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Vidéo

Zap-cabaret:
Binnen een voorstelling wordt er snel geschakeld tussen verschillende onderwerpen, maar ook tussen diverse vormen van cabaret, typetjes of liedjes.
Voorbeelden hiervan zijn: De Vliegende Panters, Jochem Myjer.



Slide 49 - Diapositive

Slide 50 - Vidéo