Ontdek kunst en erfgoed in Amersfoort
Mondriaanhuis, Museum Flehite en Kunsthal KAdE
lesplan

Weven Lesplan

Wil je met dit lesplan aan de slag? Klik op de knop hieronder om een eigen kopie te maken in 'Mijn Lessen'. Vervolgens kun je de lessen aanpassen naar jouw wensen.

Project voor basisschoolleerlingen van groep 5/6, door De Katoendrukkerij in Amersfoort.

Algemene informatie

De stof van je broek of jas, hoe is die eigenlijk gemaakt? En wat is het verschil tussen breien en weven? Hoe werkt de weeftechniek precies en hoe heeft die zich ontwikkeld in de loop van de tijd? In Amersfoort waren vroeger verschillende weverijen, de kinderen van het weeshuis werkten bijvoorbeeld in een bandjes-weverij. En wist je, dat je niet alleen met textiel kunt weven, maar ook met allerlei industriële materialen? Er valt dus van alles te leren over deze techniek!

In de Volmolen is de Katoendrukkerij gevestigd, een plek voor verschillende vormen van textielnijverheid. Leerlingen gaan hier aan de slag met weefmachines en krijgen een workshop weven naar het patroon dat ze tijdens de voorbereidingsles op school hebben gemaakt. Ze ervaren wat het is zelf iets te ontwerpen en het daarna ook te maken.
Leerdoelen
- Leerlingen weten dat mensen in verschillende tijden- en op verschillende plaatsen weeftechnieken hebben toegepast. 
- Leerlingen begrijpen dat de producten die mensen maken verschillend zijn vormgegeven, afhankelijk van de cultuur.
- Leerlingen leren hoe je met weven verschillende patronen kunt maken.
- Leerlingen experimenteren met de weeftechniek met papieren stroken.
- Leerlingen ontwerpen een weefpatroon met kleuren.
- Leerlingen weven hun eigen patroon.
- Leerlingen expirimenteren met verschillende soorten weefgetouwen/weefmachines.
- Leerlingen leren over de geschiedenis van Amersfoort en de ontwikkeling van het ambacht tot een industrie.

Aansluiting bij de kerndoelen
Oriëntatie op jezelf en de wereld: 44, 45, 51, 52
Kunstzinnige Oriëntatie: 54, 55, 56 (SLO)

Competenties
Kunstzinnige Oriëntatie: Competenties uit de Leerlijnen Beeldend en Cultureel Erfgoed (SLO)
Techniek: Competenties t.a.v. gebruik materiaal en gereedschap, onderzoekend ontwerpen, denken in processen en oorzaak-gevolg. Leerplankader Wetenschap & Techniek (SLO)

Een afspraak maken voor de excursie naar de katoendrukkerij

De Katoendrukkerij in De Volmolen
Contactpersoon Nathalie Cassee 
Plantsoen Noord 2
3811 GH Amersfoort
Telefoon: +31(0)6 12526099
E-mail: info@dekatoendrukkerij.nl

Openingstijden: woensdag t/m zondag van 10.00-17.00 uur

Er kunnen maximaal 32 leerlingen meedoen per bezoek. Het bezoek duurt 1,5 uur en wordt begeleid door een medewerker van de Katoendrukkerij, de leerkracht en tenminste 3 hulpouders. 

1. Voorbereidingsles

Aanpak: Digibordles en twee doe-opdrachten.
Doel: Introductie begrippen, voorbereiding op workshop en uitleg excursie.
Organisatie: Klassikaal en individueel
Duur: 60 minuten.
Benodigdheden: 20 gekleurde stroken papier per leerling,  1 of 1,5 cm breed  (Heutink), 1 kopie Weeflijnen per leerling, 1 kopie Grit per leerling, kleurpotloden.
Voorbereiding: Kopieer Weeflijnen 1,5 cm of Weeflijnen 1 cm (afhankelijk van  de breedte van de stroken) voor alle leerlingen op gekleurd papier A4. Kopieer Grit voor alle leerlingen op wit papier. (Zie de PDF's onderaan.)
De digibordles kan uitgeprint worden door op Print te drukken onder de rode knop Start Les.

LESOPBOUW 
Deel 1. (Digibord) De opwarmquiz. 
Opdrachten voor de leerlingen:
Ga staan als je een kledingstuk aan hebt dat geweven is.
Ga staan als je een kledingstuk aan hebt dat gebreid is.
(Waarschijnlijk zijn er maar weinig kinderen die dat echt weten, maar er volgt nog uitleg hoe je dat kunt zien.)
Deel 2. (Digibord) Geweven of gebreid?
Vraag voor de leerlingen: 
Hoe kun je zien of iets geweven of gebreid is?
Bij geweven stof gaat een draad steeds wisselend onderdoor en bovenlangs een andere draad.
De stof is niet echt rekbaar, tenzij er elastiek in geweven is. Spijkerbroekenstof is bijvoorbeeld geweven.
Bij gebreide stof zijn, met 1 hele lange draad, lusjes gemaakt, waar die draad dan later weer inhaakt.
Deze stof kun je uit-rekken. T-shirts en joggingbroeken zijn bijvoorbeeld van gebreide stof gemaakt. Die stof noem je ook wel tricot. 
Deel 3. (Digibord) Doe-opdracht 1: Weven met papier
Stap 1
Deel het vel Weeflijnen uit.
De leerlingen: 
- vouwen het vel A4 dubbel,
- knippen de lijnen in,
- vouwen het papier weer open.
Stap 2
Deel per kind 10 stroken uit.
De leerlingen:
- pakken een strook papier en steken het onderlangs en bovenlangs door de stroken van het A4 vel,
- pakken een tweede strook en herhalen dit, maar nu begin je met bovenlangs en dan onderlangs,
- herhalen dit met ca 10 stroken.
Ga door naar de volgende dia. 
Vraag aan de leerlingen: Zie je hoe dit patroon is gemaakt?
De eerste gekleurde strook gaat 2x onderdoor, 2 x bovenlangs enz.
Bij de tweede gekleurde strook ga je 1x onderdoor. Daarna 2x bovenlangs, 2x onderlangs enz.
De derde strook gaat 2x bovenlangs, 2x onderdoor, enz.
De leerlingen:
- doen dit ook met ongeveer 10 stroken.
Ga dan pas naar de volgende dia.
Bespreek met de leerlingen het eerste plaatje. (rood met blauw)
Wat is er gebeurt?
Eerst gaat de gekleurde strook 1x onderdoor, daarna 3x over de stroken heen, 3x onder, 3x over enz.
de volgende strook gaat 3x over, 3x onder, 3x over
Bespreek nog een voorbeeld met de leerlingen. 
Maar hoe ontwerp je een patroon?
Deel 4. (Digibord) Doe-opdracht 2: Ontwerp een weefpatroon
!!!! Leerlingen ontwerpen een weefpatroon om mee te nemen naar de Katoendrukkerij !!!!
Deel het vel Grit uit. 
De leerlingen:
- kleuren met een kleurpotloden de vakjes in waar de strook gekleurd papier bovenlangs gaat.
Zo zien zij het patroon ontstaan. Per rij 1 kleur gebruiken.
- schrijven hun naam bij het ontwerp.
Deel 5. (Digibord) Voorbereiding op de excursie 
De leerlingen gaan naar de Katoendrukkerij. De groep wordt daar in 2 groepen verdeeld. Een groep krijgt de workshop weven. De tweede groep doet een andere opdracht. Daarna wordt er gewisseld. 
Gebruik de foto's in de digibordles, zodat de leerlingen een beeld krijgen van de plek waar ze naar toe gaan.
NB. Het is praktisch als de groep al verdeeld is in de 2 groepen. En er ook voor elke groep een stapeltje weefontwerpen is. 
Document
Document
Document

2. Excursie naar de katoendrukkerij

Bij de Katoendrukkerij wordt de groep in 2 groepen verdeeld. 
Maak deze 2 groepen van te voren. 

Groep 1 krijgt een workshop Weven. 
De leerlingen gaan onder begeleiding hun eigen ontwerp op papier weven op een stukje karton. 
Groep 2 oefent met verschillende weefgetouwen, breien en haken onder begeleiding van tenminste 3 ouders en/of leerkrachten. 
Na 40 minuten wisselen de groepen. 
En na een centrale afsluiting in de Katoendrukkerij gaan de leerlingen met hun werkstuk naar school. 

NB. Tijdens de excursie zijn de leerkracht en de ouders medeverantwoordelijk voor de rust in de groep. Eten en drinken kan na of voor de excursie in het park.

3. Verwerkingsles 

Aanpak: Digibordles
Doel: Leerlingen leren over de geschiedenis van Amersfoort- en de weefnijverheid.
Organisatie:  Klassikaal
Duur:  30 minuten
Benodigdheden: Digibord

LESOPBOUW
Bespreek de excursie na. 

Bekijk en bespreek de digibordles met de leerlingen.
1. Weven van vroeger naar nu
Laat leerlingen de plaatjes naar de juiste plek slepen.
2. Weven in Amersfoort
Heel vroeger werden alle stoffen van schapenwol gemaakt. 
Van de gewassen schapenvacht moest eerst garen gesponnen worden (plaatje 1). 
Van wollen garen werden grote lappen stof geweven voor kleding en dekens (plaatjes 2&3). 
In Amersfoort in de St. Aegtenkapel was een tijdelijke een weverij.
- Klik op de cirkel links met het klooster.
Veel wevers werkten thuis op hun weefgetouw voor handelaars.
- klik op de cirkel rechts met de huizen.
3. Weven in Amersfoort - vanaf de 17de eeuw
Vanaf de 17e eeuw werd op steeds meer plekken in de stad wollen stof geweven.
De St Aegtenkapel werd een fabriekshal met wel 13 weefgetouwen. (Er werkten en woonden toen toen geen nonnen meer i.v.m. de reformatie.) 
De weeskinderen uit het 'Armen Weeskynderhuis'' in de Marienhof moesten ook werken als wevers. Dat waren goedkope werkkrachten.
En veel mensen werkten als thuiswever (of thuisspinner). Vaak moesten ook de kinderen meehelpen om samen genoeg geld te verdienen. 
Wat hoort waar?
-Laat de leerlingen de plaatjes van de interieurs op de juiste plek zetten.
4. Wat werd er in Amersfoort geweven?
In veel plaatsen in heel Nederland waren weverijen en er was een groot verschil in prijs en kwaliteit. 
In Amersfoort maakten ze eerst laken van geweven wol. En later werd hier ook Bombazijn gemaakt; een combinatie van wollen en linnen draden. 
Daarnaast waren er in Amersfoort een aantal passement-weverijen. Daar maakten ze de koorden, versterkende bandjes en sierlijke sluitingen voor op de kleding. De kinderen in de weeshuizen maakten dit soort eenvoudig banden.
5. De weverijen vertrekken uit Amersfoort - 19de eeuw
In de 19e eeuw verdween langzaamaan de textielnijverheid uit Amersfoort. In andere gebieden ontstond een gemechaniseerde textielindustrie, waar men goedkoper en sneller stoffen kon maken.
In Twente en Tilburg bijvoorbeeld waren enorme fabrieken met moderne, mechanische weefmachines.
6. Hoe ging het verder in de textielfabriek?
De textielindustrie heeft zich door de jaren enorm ontwikkeld. Van handwerk thuis, naar grote weefmachines in de fabrieken, naar de computergestuurde weefmachines van nu. 
Op de volgende twee slides zie je filmpjes die het verschil tussen een moderne computerweefmachine en een ambachtelijk handweefgetouw laten zien. 
Kijk goed. Wat is het verschil: in geluid, in snelheid, in arbeid en in aandacht ?
7. Waarvoor kun je de weeftechniek nog meer gebruiken? 
Begin met de eerste rij, naar beneden (materialen):
Vraag aan de leerlingen:
Kan je weven met ...? Bespreek hun antwoord en klik daarna op de cirkel met het materiaal.
Ga dan door naar de volgende rij (voorwerpen):
Kan dit geweven zijn? - en klik weer op de cirkel met het woord.
Extra informatie:
Gras: Kunstenares Diana Scherer weeft door gras zelf te laten weven met zijn wortels. Wanneer het gras dood gaat, houdt ze een mooi geweven kleed over gemaakt van de wortels van gras.
Vliegtuig: Om het vliegtuig heel sterk en heel licht te maken worden matten geweven van ragfijne carbondraden. Deze zorgen voor een stevige cabine.
8. Best handig dat jij nu kunt weven. Wie weet wat jij later nog weeft!
Fiets: Deze e-bike is geweven met vlas.

Achtergrondinformatie voor de leerkracht

Colofon
Concept & lesmateriaal: Karen Wins, Sandra Pol
Workshop: Karen Wins, Marijke Schuring
Eindredactie: Museum Flehite
Fotografie:  Karen Wins, Sandra Pol
Realisatie: 2023 i.s.m. School op de Berg
Dit project is gerealiseerd met subsidie in het kader van het Fonds voor Cultuurparticipatie.