Buiten de Lijntjes
Beeldende Vorming voor de Onderbouw & Projecten voor vwo-extra

DESIGN: een tas

DESIGN : EEN TAS
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingTekenen+1Middelbare schoolvmbo k, g, t, havoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 400 min

Introductie

Aan het eind van deze les kun je in een tas ontwerpen en maken.

Onderdelen in deze les

DESIGN : EEN TAS

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je je eigen tas ontwerpen. Je werkt deze uit in materialen naar keuze. 


Slide 2 - Tekstslide

Inhoud thema
Dit thema bestaat uit verschillende opdrachten:
  1. Vooronderzoek
  2. Ontwerpproces
  3. Uitvoeringsfase
  4. Reflectie designtas
  5. Beoordelingsformulier
  6. Kunstbeschouwen


Slide 3 - Tekstslide

Design een tas
Met mode en accessoires kun je je identiteit laten zien. Ook je tas is daar een onderdeel van. In deze opdracht ontwerp je een bijzondere tas.
Je ontwerpt een designtas die je in het dagelijks leven niet zomaar zou tegenkomen. 

Slide 4 - Tekstslide

Design een tas
De ontwerper heeft voor deze ‘laarzentas’ verschillende onderdelen van laarzen genomen en die in zijn ontwerp verwerkt. Door de stijve zolen en het stevige leer van de laars krijgt de tas zijn stevigheid. Een leuk detail is de schoenlepel, die als handvat dient.

Slide 5 - Tekstslide

Figuratief vs. abstract
De ontwerper van een tas kan kiezen voor een abstracte vorm of een figuratieve vorm. Een abstracte vorm is niet duidelijk herkenbaar als een bestaand voorwerp. Een figuratieve vorm stelt iets voor: bijvoorbeeld een kat, een huis of een wolk. 


Slide 6 - Tekstslide

Abstract vormgebruik
Figuratief vormgebruik

Slide 7 - Sleepvraag




Wat kun je zeggen 
over?
  1. De functionaliteit vs. kunstzinnigheid
  2. De doelgroep
  3. De gebruikte vormen
  4. Het kleurgebruik en materiaal

Slide 8 - Open vraag




Wat kun je zeggen 
over?
  1. De functionaliteit vs. kunstzinnigheid
  2. De doelgroep
  3. De gebruikte vormen
  4. Het kleurgebruik en materiaal

Slide 9 - Open vraag




Wat kun je zeggen 
over?
  1. De functionaliteit vs. kunstzinnigheid
  2. De doelgroep
  3. De gebruikte vormen
  4. Het kleurgebruik en materiaal

Slide 10 - Open vraag




Wat kun je zeggen 
over?
  1. De functionaliteit vs. kunstzinnigheid
  2. De doelgroep
  3. De gebruikte vormen
  4. Het kleurgebruik en materiaal

Slide 11 - Open vraag




Wat kun je zeggen 
over?
  1. De functionaliteit vs. kunstzinnigheid
  2. De doelgroep
  3. De gebruikte vormen
  4. Het kleurgebruik en materiaal

Slide 12 - Open vraag

Opdracht
Ontwerp een designtas. 

Materiaal:  Diverse materialen zoals papier, hout, textiel. Je mag ook bestaande gebruiksvoorwerpen gebruiken zoals bij de laarzentas is gedaan.

Afmeting: op ware grootte afhankelijk van het model tas.

 



Slide 13 - Tekstslide

Vooronderzoek

Slide 14 - Tekstslide

Ontwerpproces

Slide 15 - Tekstslide

Ontwerpen
  1. Maak een collage van 10 afbeeldingen van tassen die jou aanspreken.
  2. Bedenk aan welke eisen jouw tas moet voldoen. 
  3. Maak  3 schetsen waarbij je nadenkt over de vorm, functionaliteit, de materialen en de kleuren. Maak die schetsen al zoveel mogelijk in perspectief of met meerdere standpunten.
  4. Kies een schets om verder uit te werken. Laat vervolgens je keuze aan de docent zien. Deze kan je verdere aanwijzingen geven voordat je de uitwerking maakt. 
  5. Werk vervolgens jouw gekozen ontwerp uit.

Slide 16 - Tekstslide

Upload hier je collage

Slide 17 - Open vraag

Upload hier je schetsen

Slide 18 - Open vraag

Uitvoering
Je gaat nu je ontwerp uitvoeren met de gekozen materialen. 
Bij de keuze van je materiaal moet functionaliteit voorop staan. 

Let ook op de details: zorg dat jouw tas een geheel vormt en dat de sluiting en de hengsels bij het geheel passen. 

Slide 19 - Tekstslide

Beoordelingscriteria
  1. Je mag verschillende materialen combineren. Bij de keuze van je materialen moet de functionaliteit voorop moet staan
  2. Houd rekening met de praktische functie: Je tas moet draagbaar zijn, er moet echt iets in kunnen en het mag er niet zo maar uitvallen.
  3. Zorg ervoor dat je tas een mooi geheel vormt. Het handvat en de sluiting moeten passen in het ontwerp.
  4. De manier van dragen moet logisch voortkomen uit het ontwerp van je tas. (handtas/ schoudertas/ rugtas)
  5. Het geheel is netjes afgewerkt en vormt een logisch vervolg op je schetsen.



Slide 20 - Tekstslide

Reflectie design een tas
Bij het reflecteren op je werkstuk kijk je terug naar je eigen proces.
Beantwoord de vragen op de volgende pagina's om te reflecteren op je werk. 

Slide 21 - Tekstslide

Oriëntatie/ Ideevorming:
1. Hoe is je idee voor het ontwerp van jouw tas tot stand gekomen?
2. Vertel wat jouw tas tot een designstuk maakt.

Slide 22 - Open vraag

Proces:
3. Hoe heb je het proces doorlopen: Wat heb je gedaan en hoe heb je dat aangepakt?

Vertel over problemen die je tegen bent gekomen en welke oplossingen je bedacht hebt. Benoem in je beschrijving onderstaande elementen:• Oriëntatie: vooronderzoek Schetsfase: ideevorming en keuze van beeldende aspecten: compositie, kleur, enz. • Uitwerking: materiaalgebruik, afwerking

Slide 23 - Open vraag

4. Geef aan waar je goed in bent en waar je minder goed in bent. En hoe je dat beter kunt doen.
5. Benoem 2 doelen om de volgende keer aan te werken.
6. Heb je voldaan aan de eisen van de opdracht? Leg uit.

Slide 24 - Open vraag

Beoordelingsformulier en inleveren
Vul het beoordelingsformulier in en lever je werkstuk met dit formulier in bij je docent. 

Zorg ervoor dat alle vragen zijn ingevuld in deze Lessonup. 
Hierin komen ook je collage, je schetsen en je reflectie. 


Slide 25 - Tekstslide