IntroductieZijn de leerlingen wel eens verliefd geweest? Wat voelden ze toen? En waar voelden ze dit?
Er bestaad niemand, maar dan ook niemand zoals jij. Jij bent een unieke mix van een zaadcel en een eicel; Wat maakt jou wie jij bent?
Verwerkidee: Laat de leerlingen een zelfportret tekenen. In plaats van een neus, ogen en een mond, en dergelijke, tekenen ze dingen in hun gezicht waar ze van houden en die ze leuk vinden. Zo vertelt het zelfportret niet hoe ze eruit zien, maar wie ze zijn.
Hebben de leerlingen wel eens ja gezegd terwijl ze nee bedoelde? En andersom? Vertel eens.