Er is geen vraag meer naar een product. Bijvoorbeeld: cd's.
Veel werk is overgenomen door computergestuurde machines
In sommige landen (Pakistan, China, Koreo en India) werken mensen voor erg lage lonen. Sommige bedrijven vertrekken daarom uit Nederland naar het buitenland om minder loonkosten te hebben
Slide 10 - Tekstslide
Seizoenswerkloosheid
Tijdelijk (kan tegelijkertijd met conjuncturele en structurele)
Voorbeelden
IJsverkoper in de winter
Skileraar in de zomer
Strandtent in de winter
Slide 11 - Tekstslide
Regionale werkloosheid
Verschil tussen regio's
Kan tegelijkertijd met conjuncturele en structurele
regionale werkloosheid 2017
Werkloosheid die in bepaalde gebieden van het land hoger is dan gemiddeld in het land.
Slide 12 - Tekstslide
Frictiewerkloosheid
Kortdurend
Kan tegelijkertijd met conjuncturele en structurele
Studie → baan
Baan → andere baan
Slide 13 - Tekstslide
Maatregelen voor werkgelegenheid
Lagere belastingen voor bedrijven → meer investeringen bedrijven
Lagere loonbelasting voor werknemers → meer bestedingen consument
Lagere btw-tarieven → meer bestedingen consument
Bijscholing of omscholing van werklozen → grote kans op werk
Verlaging van het minimumloon → bedrijven nemen sneller mensen aan
arbeidstijdverkorting (Atv) vergroten → omvang baan omlaag = meer personeel kunnen aannemen
Bedrijfstijd verlengen →vaste kosten per product omlaag
Slide 14 - Tekstslide
Lonen stijgen....
Werknemers:
meer inkomen
meer besteden
goed voor de werkgelegenheid
Werkgevers:
hogere kosten
prijzen producten stijgen
verkoop daalt
slecht voor de werkgelegenheid
Loonmatiging
Loonmatiging:
De lonen stijgen niet of weinig
Slide 15 - Tekstslide
Verborgen werkgelegenheid
Wel werk → levert geen banen op in de formele sector
Slide 16 - Tekstslide
Leg uit wat conjuncturele werkloosheid is.
Slide 17 - Open vraag
Wanneer je een tijdje per jaar niet kunt werken noem je deze werkloosheid ...
A
structurele werkloosheid.
B
seizoenswerkloosheid.
C
verborgen werkloosheid.
D
conjuncturele werkloosheid.
Slide 18 - Quizvraag
Conjuncturele werkloosheid is blijvend.
A
waar
B
niet waar
Slide 19 - Quizvraag
Wat betekent regionale werkloosheid?
A
Werkloosheid die niet bekend is bij UWV.
B
Dat er in een bepaald seizoen meer werkloosheid is.
C
Dat er in een bepaalde provincie meer werkloosheid is.
D
Dat er geen werk is voor bepaalde opleidingen.
Slide 20 - Quizvraag
Wanneer de mens wordt overgenomen door een machine is dat ... werkloosheid
A
frictie
B
structurele
C
machinale
D
conjuncturele
Slide 21 - Quizvraag
Als de economie beter gaat, gaan consumenten altijd meer besteden.
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Wat heb je geleerd?
Slide 23 - Tekstslide
Welke werkloosheid is niet tijdelijk?
A
seizoenswerkloosheid
B
structurele werkloosheid
C
regionale werkloosheid
D
frictiewerkloosheid
Slide 24 - Quizvraag
Welke vorm van werkloosheid krijg je wanneer bedrijven zich naar het buitenland verplaatsen?
A
regionale werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
structurele werkloosheid
Slide 25 - Quizvraag
Regionale
Structurele
Conjuncturele
Frictie
Seizoens
Slide 26 - Sleepvraag
Als de overheid de loonbelasting met 2% verlaagt, zullen....
A
- de loonkosten van de werkgever dalen
- de nettolonen van de werknemers stijgen
- de prijzen van producten hierdoor niet stijgen en de werknemers kunnen dan meer kopen
B
- de loonkosten voor de werkgever dalen
- de nettolonen van de werknemers dalen - de prijzen van producten hierdoor niet stijgen en de werknemers kunnen dan meer kopen
C
- de loonkosten voor de werkgever stijgen
- de nettolonen van de werknemers stijgen
- de prijzen van producten hierdoor niet stijgen en de werknemers kunnen dan meer kopen
D
- de loonkosten voor de werkgever gelijk blijven
- de nettolonen van de werknemers stijgen
- de prijzen van producten hierdoor niet stijgen en de werknemers kunnen dan meer kopen
Slide 27 - Quizvraag
Wat zijn de oorzaken van werkloosheid?
Slide 28 - Open vraag
Hoe kan je de werkloosheid verminderen?
Slide 29 - Open vraag
Hoe zit de arbeidsmarkt in elkaar?
Slide 30 - Open vraag
https:
Slide 31 - Link
www.meneerjetten.nl
Slide 32 - Link
Slide 33 - Video
Extra uitleg
Slide 34 - Tekstslide
Er zijn verschillende soorten werkloosheid.
Frictie werkloosheid
Je hebt net je diploma gehaald, maar je nieuwe baan start pas over 2 maanden. Je bent dus 2 maanden werkloos.
Seizoenswerkloosheid
Je bent ijsverkoper, dan heb je in de winter bijna nooit werk en ben je tijdelijk werkloos.
Conjuncturele werkloosheid
Soms zit de economie tegen: bedrijven gaan failliet, werknemers worden ontslagen en daardoor hebben veel mensen minder geld te besteden. Er worden dus minder producten gekocht en gevraagd. Daardoor hoeven er minder producten gemaakt te worden: werknemers worden ontslagen.
Structurele werkloosheid
De banen zijn voor altijd verdwenen:
- goedkope robots nemen het werk over van dure mensen.
- producten worden niet meer in Nederland gemaakt, bijvoorbeeld kleding productie is verplaats naar China.
- (bijna) niemand wil de producten meer kopen dus hoeven ze niet meer gemaakt te worden, bijvoorbeeld cassettebandjes en cd's.
- je hebt een opleiding waar geen werk meer in te vinden is.
Regionale werkloosheid
Niet overal is de werkloosheid even groot. Je hebt dus regionale werkloosheid. Vergroot het plaatje maar eens!
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Video
Slide 37 - Video
Slide 38 - Video
Slide 39 - Video
Slide 40 - Video
Slide 41 - Video
Slide 42 - Tekstslide
Extra oefening
Slide 43 - Tekstslide
1. Bekijk opdracht 16 t/m 17 op bladzijde 131 van 'Rekenen' en maak diegene die jij lastig vindt.
3. Bekijk opdracht 38 t/m 45 op bladzijde 129 van 'oefenopgaven' en maak diegene die jij lastig vindt.
Slide 44 - Tekstslide
Extra uitdaging
Slide 45 - Tekstslide
Examentraining
Daag jezelf uit en probeer opdracht 9 t/m 12 op bladzijde 135 te maken.