Horizon College
Word de beste versie van jezelf

Schildklier

Schildklieraandoeningen

Farmacotherapie H22
1 / 57
volgende
Slide 1: Tekstslide
FPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 57 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Schildklieraandoeningen

Farmacotherapie H22

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we deze les behandelen?
- Hormonale stelsel
- Werking van de schildklier en het schildklierhormoon
- Aandoeningen hypothyreoïdie en hyperthyreoïdie
- Thyreomimetica en thyreostatica

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke hormonen ken jij?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Hormoonstelsel staat onder controle van de hypothalamus, hier komen allerlei signalen uit verschillende gebieden van de hersenen binnen. Dit orgaan heeft zelf ook receptoren om waarden te meten en controleert zo allerlei lichaamsfuncties.
Pijnappelklier= epifyse, produceert het hormoon melatonine. Dit hormoon speelt een rol bij seksuele rijping.Hormonen functioneren in ritmes: dagritme, maandritme, en seizoensritme. Deze klier is een belangrijke schakel in het slaap-waak ritme, en dus dagritme.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Hypofyse → een belangrijke hormoonklier die een groot aantal hormonen produceert, waardoor andere hormoonklieren worden aangezet tot hormoonproductie. De hypofyse op haar beurt wordt beïnvloed door de hypothalamus zodoende is er een nauwe samenwerking tussen het neurologisch en het hormonaal stuurmechanisme.
Schildklier en bijschildklieren → produceert schildklierhormoon dat erg belangrijk is voor de stofwisseling, het beïnvloedt veel processen en functies in het lichaam. De bijschildklieren produceren het parathormoon (PTH) wat het calciumgehalte in het bloed regelt.
Alvleesklier (eilandjes van Langerhans) → produceren de hormonen insuline en glucacon.
Bijnieren → bijnierschors produceert de corticoïden, ontstekingsremmend.
Bijniermerg produceert adrenaline.
Geslachtsklieren → produceren de geslachtshormonen oestradiol, progesteron en testosteron.

Slide 11 - Tekstslide

Het systeem waarbij een overproductie onmiddellijk leidt tot een afremming van de productie. Bij gezonde mensen zal er dus altijd sprake zijn van productie naar behoefte.
Zo ook remmen de geslachtshormonen de hypofyse, wanneer een zwangere vrouw zeer veel progesteron (het zwangerschapshormoon) produceert→ de hypofyse wordt zo sterk geremd dat de productie van de hormonen FSH en LH volledig stopt→ de activiteiten in de eierstok komen tot stilstand, er zal geen nieuw follikel rijpen en dus geen ovulatie
Hypothalamus→ TRH=thyreotropine releasing hormoon→hypofyse produceert TSH=thyreoid stimulerend hormoon→stimuleert de productie van het schilklierhormoon thyroxine, dat de stofwisseling beïnvloedt. Zit er teveel thyroxine in het bloed→ remmende op de hypofyse dat de productie van thyroxine stopt.

Welke klachten kunnen wijzen op
'een traag werkende schildklier'?

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt een
'traag werkende schildklier'
behandeld?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke klachten kunnen wijzen op
'een te snel werkende schildklier'?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe wordt een
'te snel werkende schildklier'
behandeld?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Schildklier
- Ligt voor in de hals
- Vlindervormig orgaan / 2 kwabben
- Maakt het schildklierhormoon
- Geeft het schildklierhormoon af aan het bloed 
        --> naar alle lichaamscellen!

- 'Hormaein' (Grieks) = aanzetten tot / stimuleren

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Medicatiebewaking

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interacties

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Thiamazol 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aanvullende informatie
  • Doel behandeling:                                                                            minder klachten én normaal T4 en TSH                          ('euthyreoïdie')

  • Controle d.m.v. bloedspiegelbepaling
  • Eerst iedere 6 weken, daarna iedere 3 maanden en jaarlijks
  • Gebruik...

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Oefenvragen

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de meest voorkomende oorzaak van een hyperthreoïdie?
A
'stille' Thyreoïditis
B
Subacute thyreoïditis
C
Ziekte van Graves
D
Ziekte van Hashimoto

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk hormoon wordt aangemaakt door de hypofyse?
A
Thyoxine
B
TSH

Slide 49 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke aandoening wordt Thiamazol voorgeschreven?
A
Hyperthyreoïdie
B
Hypothyreoïdie

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stof is nodig voor de aanmaak van het schildklierhormoon
A
Calcium
B
Fosfaat
C
Jodium
D
IJzer

Slide 51 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de farmacotherapeutische groep van Levothyroxine?
A
Thyreomimetica
B
Thyreostatica

Slide 52 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke aandoening kan klachten geven van moeheid, opgejaagd gevoel, hartkloppingen...
A
Hyperthyreoïdie
B
Hypothyreoïdie

Slide 53 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke aandoening wordt Levothyroxine voorgeschreven?
A
Hyperthyreoïdie
B
Hypothyreoïdie

Slide 54 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met welk middel hebben thyreomimetica en thyreostatica een interactie?
A
Acenocoumarol
B
Acetylsalicylzuur

Slide 55 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 56 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Einde van de les

Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies