Horizon College
Word de beste versie van jezelf

H3 Aangifte inkomstenbelasting doen

H3 Aangifte inkomstenbelasting doen
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H3 Aangifte inkomstenbelasting doen

Slide 1 - Tekstslide

Onderwerpen 
Belastingplichtig
Boxenstelsel
Heffingskortingen
Gevolgen onvolledige/onjuiste aangifte
Fiscaal partnerschap
Inkomsten uit loondienst
Pensioen en uitkeringen
Eigen woning en bijleenregeling

Slide 2 - Tekstslide

Onderwerpen vervolg
Andere inkomsten box 1
Aanmerkelijk belang
Inkomen uit sparen en beleggen
Persoonsgebonden aftrek
Winst uit onderneming
Ondernemersaftrek

Slide 3 - Tekstslide

Agenda lesweek 4
Wet inkomstenbelasting 2001
Belastingplichtig
Boxenstelsel
Heffingskorting
Fiscaal partnerschap




Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Inkomensposten

Slide 10 - Tekstslide

Welk inkomen welke box?
Pagina 160

Slide 11 - Tekstslide

Uitgaven
Uitgaven voor inkomensvoorzieningen
Persoonsgebonden aftrek

Slide 12 - Tekstslide

Verzamelinkomen

Slide 13 - Tekstslide

Zoek op internet naar de rangorde van het boxenstelsel?

Slide 14 - Open vraag

Hoeveel boxen heeft de inkomstenbelasting?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 15 - Quizvraag

In welke box vinden we de "inkomen uit aanmerkelijk belang"
A
1
B
2
C
3

Slide 16 - Quizvraag

In welke box valt de de 2e baan die Harold heeft genomen om zo straks zijn droomauto mee te kunnen betalen?
A
1
B
2
C
3

Slide 17 - Quizvraag

In welke box valt de winst die Michel heeft gemaakt met zijn eenmanszaak?
A
1
B
2
C
3

Slide 18 - Quizvraag

In welke box valt je vermogen?
A
1
B
2
C
3

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

fiscaal partnerschap
Algemene wet inzake rijksbelasting artikel 5a

Slide 21 - Tekstslide

Wet IB 2001

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Opdrachten boek pagina  200
Hoofdstuk 3
Oriëntatie en kennis 1 t/m 17
Routinevragen 1 t/m 3 



Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Tineke verdient €100.000 bruto per jaar. Wat betaalt zij?

Schijf I €_____
Schijf II €_____
Korting ____ -
Totaal €_____

Slide 27 - Open vraag

Tim verdient €100.000 bruto per jaar.

Schijf I = 69.399 x 37,07% = €25.726,21
Schijf II= 100.000 - 69.399 = 30.601
30.601 x 49.50% = € 15.147,50
 Tim betaalt € 25.726,21 + € 15.147,50 = 40.873,71 - € 3000 (korting) = €37.873,71


Slide 28 - Tekstslide

Uitwerking

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Volgende les
Eigen woning


Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Wat weet je nu:

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide