Horizon College
Word de beste versie van jezelf

Verbes courants

Verbes courants
Hierbij volgen enkele oefeningen met veelgebruikte werkwoorden
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Verbes courants
Hierbij volgen enkele oefeningen met veelgebruikte werkwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent 'j'ai besoin d'argent'
A
Ik heb geld
B
Ik bezit veel geld
C
Ik hou van geld
D
Ik heb geld nodig

Slide 2 - Quizvraag

Hoe zeg je 'Ik ga naar de supermarkt'

Slide 3 - Open vraag

Hoe zeg je 'ik begrijp het niet'
A
Je ne sais pas
B
Je ne commence pas
C
Je ne comprends pas
D
Je ne finis pas

Slide 4 - Quizvraag

Ho schrijf je 'Jullie slapen'
A
vous dormez
B
vous dormer
C
nous dormons
D
vous demandez

Slide 5 - Quizvraag

Hoe zeg je 'zij wachten op de bus'
A
Ils arrivent en bus
B
Ils attendent le bus
C
Ils entendent le bus
D
Ils partent en bus

Slide 6 - Quizvraag

Schrijf in het Frans: de film begint om 20.00 uur

Slide 7 - Open vraag

Schrijf in het Frans: de wedstrijd eindigt om 15.00 uur

Slide 8 - Open vraag

Wat is de correcte vervoeging
A
Nous liserons
B
Nous lisons
C
Nous lesons
D
Nous lizons

Slide 9 - Quizvraag

Schrijf in het Frans: ik werk in Amsterdam

Slide 10 - Open vraag

Vervoeg de volgende werkwoorden:
ik (aller), wij (attendre), zij (donner), hij (avoir besoin de), jij (boire), jullie (dire)

Slide 11 - Open vraag