4.3 Voorbereidingsles Periode toets Nu Engels H3-4

• Engels
• MBO
• Studiejaar 1

Voorbereiding periode toets

Nu Engels Hoofdstuk 3 en 4

• Leesvaardigheid
• Present continuous (ddurvorm)
• Comparisons (vergelijking)
• Negations (ontkenningen)
• Articles (Lidwoorden)

President banned 

The US president, Donald Trump, uses Twitter, Facebook, and Instagram a lot. He writes his ideas and opinions on many things.

Now Trump has a problem. Twitter, Facebook, and Instagram ban him. He cannot use the platforms. They say that Trump is dangerous.

Trump has a big effect on people. He says that the election of the new president, Joe Biden, is not fair. Trump does not believe that Biden is really the winner.

Many people believe this. They are very angry. They attack the US Capitol last week. It is an important government building.

Trump cannot use his Twitter, Facebook, and Instagram until January 20 or later. Joe Biden starts his job on January 20.

Waarom hebben de social media Trump verbannen?

1. Ze zeggen dat hij gevaarlijk is
2. Ze vinden dat hij teveel reclame maakt
3. Ze vinden dat hij president moet blijven
4. Ze hebben zijn accounts aan Joe Biden gegeven

Wanneer mag Trump zijn social media accounts weer gebruiken?

1. Als hij belooft alleen maar leuke dingen te schrijven
2. Als hij toegeeft dat hij de verkiezingen heeft verloren
3. Vanaf het moment dat Joe Biden officieel president is
4. Als hij foto's post waarop hij er minder oranje uitziet

Present continuous

Om te beschrijven/zeggen wat er op dit moment gebeurt

"he is playing on the nintendo switch at the moment"

Regel:  

I am playing

You are playing

He/She/It is playing

We/You/They are playing

1. He ............... (play) the guitar at the moment.
2. I ............... (work) on my computer now.
3. We ............. (learn) English now.
4. It .................. (rain) at the moment.

Comparisons

Als je dingen/mensen met elkaar wilt vergelijken.

1-2 lettergrepen  woord + er

Hij is groter dan mij - He is bigger than me

meer dan 2 lettergrepen  more + woord 

Hij is voorzichtiger dan zijn broer

He is more careful than his brother

Grootste trap + est / most + woord

1. His new car is .................. (fast)............... the last one.
2. My son is ................. (tall)................. his best friend.
3. These flowers are ....................(beautiful) ........ than those.
4. This was the ..................... (good) lesson ever.

Negations (ontkenning)

Om aan te geven dat iets niet zo is.

I am hungry - I am not hungry

He is a teacher - He is not (isn't) a teacher

We are going home - We are not (aren't) going home 

Als er geen woord in de zin staat waar je n't mee kan doen, dan moet je do/does - don't/doesn't gebruiken

He works hard - He doesn't work hard (s achter work weglaten)

We like to go the movies - We don't like to go to the movies

1. Thomas is very good in English
2. We have a lot of pets at home
3. She looks out of the window
4. Sarah walks to school every day

Articles (lidwoorden)

a - voor woorden waarvan de eerste letter klinkt als een medeklinker

an - voor woorden waarvan de eerste letter klinkt als een klinker (a,e,i,o)

the - voor specifi eke aanduiding (the sun, the man overthere)

https:

Exercises P2 (H3+4)

3.1: 1,2,3, GR15, EGR15, Exam Ex. & Extra Listening

3.2: 1,2,3,5, GR03 en EG03

3.3: 1 t/m4, Exam Ex. & Extra Listening

4.1: 1,5, Exam Exercise, Extra Reading, Extra Exam Ex.

4.2: 1, 4, GR18, EG18 & 5

4.3: 1,2,GR07, 4

Volgende week Toets H4 en afronden P2