Een bedrag dat je per maand moet betalen om verzekerd te zijn
D
Een bewijs dat je verzekerd bent
1 / 7
volgende
Slide 1: Quizvraag
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
In deze les zitten 7 slides, met interactieve quizzen.
Onderdelen in deze les
Wat is een premie?
A
Hierin staan de voorwaarden voor je verzekering
B
Een bedrijf die verzekeringen verkoopt.
C
Een bedrag dat je per maand moet betalen om verzekerd te zijn
D
Een bewijs dat je verzekerd bent
Slide 1 - Quizvraag
Wat is een polis?
A
politie die je verzekering afsluit
B
Een bedrijf die verzekeringen verkoopt.
C
Een bedrag dat je per maand moet betalen om verzekerd te zijn
D
Een bewijs dat je verzekerd bent
Slide 2 - Quizvraag
Verzekeringskosten berekenen: De assurantiebelasting wordt berekend over
A
de premie
B
de poliskosten
C
premie + poliskosten + assurantiebelasting
D
premie + poliskosten + verzekeringskosten
Slide 3 - Quizvraag
Voor het verzekeren van een fiets betaal je ā¬93,-- premie en ā¬6,50 poliskosten. De assurantiebelasting is 21%. Bereken de verzekeringskosten. Schrijf je berekening op.
Slide 4 - Open vraag
Averechtse selectie wil zeggen dat ....
A
alleen mensen met hoog risico zich verzekeren
B
mensen roekelozer gedrag gaan vertonen als ze verzekerd zijn
C
de premie hoger wordt als je een lager risico hebt
Slide 5 - Quizvraag
Wat vond jij van de uitleg?
ššššš
Slide 6 - Poll
Ik begrijp de lesstof en heb geen vragen meer.
A
JUIST
(dan mag je de les afsluiten)
B
ONJUIST
(je leest de paragraaf nogmaals door en stelt vragen aan de juf)