Johan de Witt Scholengroep

Gezonde leefstijl - les 1

Gezonde leefstijl
                                        Les 1
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Lichamelijke opvoedingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Gezonde leefstijl
                                        Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud van de les
- Wat is gezondheid?
- BMI
- Bewegen
- Hoeveel, hoe vaak, matig/intensief, waarom ?
- Voordelen van bewegen
- Waarom is spelen zo belangrijk buiten voor je brein.

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer ben je gezond?

Slide 3 - Woordweb

Bewegen, gezond eten en slaap zorgt voor een goede gezondheid!

Slide 4 - Tekstslide

Beweegrichtlijnen
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 5 - Tekstslide

Hoeveel moet je bewegen?
Beweeg richtlijnen:



Slide 6 - Tekstslide

BMI = Body mass index
Ja kan je eigen BMI uitrekenen om te kijken je een gezond gewicht hebt.

https://www.youtube.com/watch?v=S40BQSvU3wA


Slide 7 - Tekstslide

'Goede' koolhydraten
'Slechte' koolhydraten

Slide 8 - Sleepvraag

Slide 9 - Video

Eiwitten
Vet geeft het lichaam energie, net als koolhydraten
Vet heb je nodig op bepaalde vitamines op te nemen
Je lichaam slaat vet op in vetweefsel. Het vetweefsel is een soort stootkussentje.
Vet is nodig als bouwsteen voor je cellen. Ze beschermen je cellen tegen ongewenste indringers.
Je lichaam gebruikt vet om bepaalde processen te regelen. Je hebt vet bijvoorbeeld nodig om je bloedruk te regelen.

  • Vet geeft het lichaam energie, net als koolhydraten
  • Vet heb je nodig op bepaalde vitamines op te nemen
  • Je lichaam slaat vet op in vetweefsel. Het vetweefsel is een soort stootkussentje.
  • Vet is nodig als bouwsteen voor je cellen. Ze beschermen je cellen tegen ongewenste indringers.
  • Je lichaam gebruikt vet om bepaalde processen te regelen. Je hebt vet bijvoorbeeld nodig om je bloedruk te regelen.

Slide 10 - Tekstslide

Welke soorten eiwitten zijn er?
A
Dierlijke en plantaardige eiwitten
B
Snelle en langzame eiwitten
C
Eetbare en niet eetbare eiwitten
D
Mooie en lelijke eiwitten

Slide 11 - Quizvraag

Dierlijke eiwitten zitten vooral in:
A
Pasta, noten en water
B
Vlees, vis, melk, kaas en eieren
C
Appels, peren, noten en kiwi's
D
Thee, water en koffie

Slide 12 - Quizvraag

Plantaardige eiwitten zitten vooral in:
A
Vlees, vis, melk, kaas en eieren
B
Bloemen, zaden en sla
C
Graanproducten, noten, peulvruchten en paddenstoelen
D
Fanta, sinas en cola

Slide 13 - Quizvraag

Wat moeten we doen om voldoende mineralen en vitamines binnen te krijgen?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Video

Huiswerk: Maak elke dag een eetwissel! 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide