SP_PA2_PTO4_WW repetir reir decir pedir

• Spaans
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Plattegrond

Karina	Gabriela
Dilay	Ayman

Rojda	Marwa
Inssaf

	Abdelilah
Anas	Rivolino

Omar	Andrea
Owais	Sami

Joudi	Sara
Kaoutar	Abdelgaliq

- Mobiel & laptop in je tas

- Pen + papier op tafel

- Geen oortjes

¡Hola!

1. Werkwoorden REPETIR, DECIR, REIR, PEDIR
2. Zinnen maken
3. Huiswerk checken: Tekst over Perú
    

Eind van de les ik .../Al final de la clase ...

1. kan ik de 4 onregelmatige werkwoorden vervoegen.

Plan para hoy

Verbos - Presente

	P E DIR	R E IR	D E CIR	R E PETIR
Yo	pido	río	digo	repito
Tú	pides	ríes	dices	repites
El	pide	ríe	dice	repite
Nosotros	pedimos	reímos	decimos	repetimos
Vosotros	pedís	reís	decís	repetís
Ellos	piden	ríen	dicen	repiten

1. Vervoeg de werkwoord dat je team krijgt (4).

2. Maak 2 zinnen met het werkwoord.

3. Gebruik de woordenlijst.

4. Let op de timer: Je hebt 5 minuten per werkwoord!

5. Als jullie klaar zijn met de 4 werkwoorden ga elk team de zinnen delen.

Instrucciones

¡A leer!

Chatear de Madrid

 a Perú

[p.42]

Ejercicios: C4, Leer H

¡A escribir!

Pepe y sus padres están viajando por Perú. Perú es.... y tiene...[noem alle dingen dat je kan vinden in het land]. Los padres de Pepe...

Mañana Pepe y sus padres van... para...

Machu Picchu son...

Los padres van a ...

Ellos vuelven a España ...

¡A practicar palabras con Quizlet!

• Zelfstandige naamwoorden
   
• Werkwoorden
  
  
• Bijvoeglijke naamwoorden
   
• Andere woorden

¡Hasta la próxima!