Johan de Witt Scholengroep
‹Terug naar zoeken

H2 Consument en geldzaken

1 / 82
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 82 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
H2 Consument en geldzaken

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN 2.1
R Je kunt inkomens verdelen in drie soorten.
R T1 Je kunt oorzaken noemen van inkomensverschillen.
R Je kunt verschillende soorten uitgaven beschrijven.
T1  T2 Je kunt bedragen omrekenen van maand naar week en andersom.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis activeren

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kim verdient €1300 per maand.
Hoe bereken je als je wilt weten wat ze per week verdient:
A
€1300 x 52 : 12=
B
€1300 x 52 : 365=
C
€1300 x 12 : 52=
D
€1300 :12 x 52

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies de juiste berekening

€4,50 per week naar per maand
A
€4,50 x 4 = €18
B
€4,50 x 30 = €135
C
€4,50 x 52 : 12 = €19,50

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn vaste lasten?
A
Uitgaven die je af en toe hebt
B
Uitgaven voor hypotheek, gas en water
C
Kosten voor cadeaus
D
Uitgaven voor leuke uitstapjes

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot wat voor soort uitgaven behoren de volgende dingen:
1. brood, 2. contributie sportclub, 3. een nieuwe telefoon, 4. vakantie
A
1. dagelijkse uitgaven 2. incidentele uitgaven 3. vaste lasten. 4. incidentele uitgaven
B
1. dagelijkse uitgaven. 2. vaste lasten. 3. incidentele uitgaven. 4. incidentele uitgaven
C
1. incidentele uitgaven 2. vaste lasten. 3. dagelijkse uitgaven. 4. incidentele uitgaven.
D
1. vaste lasten 2. dagelijkse uitgaven. 3. incidentele uitgaven. 4. incidentele uitgaven.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen voorbeeld van oorzaken voor inkomensverschillen
A
Leeftijd en ervaring
B
Opleiding en scholing
C
Gevaarlijk werk
D
uiterlijk

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen overdrachtsinkomen?
A
Uitkering
B
Zakgeld
C
Kinderbijslag
D
Rente

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

OPDRACHT 
Maak:  opg. 1, 3, 5, 8,9,10 en (11) (blz. 42)
Hoe? Individueel / in tweetallen
Tijd: 12 minuten 
Klaar? samenvatting 2.1 invullen blz. 58 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HUISWERK: zie bord
Vooruitblik
Ik weet wat ik moet leren/kennen voor de volgende les.
Ja, alles is duidelijk.
Nee, ik heb nog wel een vraag of meerdere vragen.
Zo ongeveer, ik moet er nog even goed naar kijken.

Slide 20 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
In deze les..
heb ik actief meegedaan en heb ik iets geleerd
heb ik actief meegedaan, maar had ik meer kunnen leren
had ik actiever mee kunnen doen, ik heb weinig geleerd
Ik heb niet actief meegedaan en niet veel geleerd.

Slide 21 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN 2.2
T1 Je kunt een begroting opstellen.
T1 T2 Je kunt drie manieren noemen om een begrotingstekort op te lossen.
T1 Je kunt een maandelijkse reservering berekenen.
T1 Je kunt de kilometerprijs van een auto berekenen.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis activeren

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom lenen mensen geld?

Slide 31 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Over 1 jaar wil je een nieuwe telefoon (€ 600) kopen. Je hebt € 120 gespaard. Bereken hoeveel je moet reserveren per maand.
A
€ 10
B
€ 50
C
€ 60
D
€ 40

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een begroting?
A
Een factuur
B
Een overzicht van de inkomsten
C
Een overzicht van de inkomsten en uitgaven
D
Een overzicht van de uitgaven

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Linn heeft geleerd hoe ze moet budgetteren.
Wat is budgetteren?

A
Je uitgaven afstemmen op je inkomsten
B
Geld opzij leggen voor de aankoop van dure spullen
C
Het opnieuw vaststellen van de budgetten
D
Geld reserveren

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe groot is het overschot of tekort
A
£ 13,-
B
€ 13,- tekort
C
€ 13,- overschot
D
$ 13,- overschot

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 
Maak: opg. 2, 3, 5, 6, 7 en 8 (blz. 46)
Hoe? Individueel / in tweetallen
Tijd: 12 minuten
Klaar? samenvatting 2.2 invullen blz. 58

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-klimwijzer

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HUISWERK: zie bord
Vooruitblik
Ik weet wat ik moet leren/kennen voor de volgende les.
Ja, alles is duidelijk.
Nee, ik heb nog wel een vraag of meerdere vragen.
Zo ongeveer, ik moet er nog even goed naar kijken.

Slide 39 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie:
wat vond je van deze les?
interessant
duidelijk
onduidelijk
te snel
te langzaam
leerzaam
iets anders

Slide 40 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
In deze les..
heb ik actief meegedaan en heb ik iets geleerd
heb ik actief meegedaan, maar had ik meer kunnen leren
had ik actiever mee kunnen doen, ik heb weinig geleerd
Ik heb niet actief meegedaan en niet veel geleerd.

Slide 41 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

AAN HET WERK
Blz. 41 maken vraag 2,4,5,9 en 11 paragraaf 2.1  
Klaar?
Vraag 2,3, 5, 7 en 9 paragraaf 2.2  maken. 

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN 2.3
R T1 Je kunt de drie geldfuncties herkennen en beschrijven.
R T1 Je kunt veelgebruikte manieren van betalen noemen en een nieuw saldo berekenen.
R Je kunt de drie spaarmotieven noemen.
T1 Je kunt rente berekenen.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis activeren

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OPDRACHT 
Maak:  opg.  2,3,5, 7, 8, 10 en 11 (blz. 50)
Hoe? Individueel / in tweetallen
Tijd: 12 minuten 
Klaar? samenvatting 2.1 invullen blz. 58 

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen geldfuncties?
A
Rekenmiddel
B
rentemiddel
C
Spaarmiddel
D
Ruilmiddel

Slide 53 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn 3 spaarmotieven. Welke van de motieven die hieronder worden genoemd, is geen spaarmotief?
A
sparen voor de rente
B
sparen uit voorzorg
C
sparen voor de huur
D
sparen voor een doel

Slide 54 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op een spaardeposito
A
staat je geld vast, tegen een vaste rente
B
kun je tussendoor niet opnemen
C
krijg je enkelvoudige rente
D
alle drie goed

Slide 55 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

HUISWERK: zie bord
Vooruitblik
Ik weet wat ik moet leren/kennen voor de volgende les.
Ja, alles is duidelijk.
Nee, ik heb nog wel een vraag of meerdere vragen.
Zo ongeveer, ik moet er nog even goed naar kijken.

Slide 56 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie:
wat vond je van deze les?
interessant
duidelijk
onduidelijk
te snel
te langzaam
leerzaam
iets anders

Slide 57 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
In deze les..
heb ik actief meegedaan en heb ik iets geleerd
heb ik actief meegedaan, maar had ik meer kunnen leren
had ik actiever mee kunnen doen, ik heb weinig geleerd
Ik heb niet actief meegedaan en niet veel geleerd.

Slide 58 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN 2.4
R T1 Je kunt vier leenmotieven noemen en herkennen.
T1 Je kunt de kosten van een lening berekenen.
R T1 Je kunt drie kredietvormen noemen en herkennen.
R Je kunt uitleggen wat koop op afbetaling is.
R Je kunt uitleggen wat een hypotheek is.

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 60 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorkennis activeren

Slide 61 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 62 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 63 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 64 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 65 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 66 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 67 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is géén leenmotief?
A
Tijdelijk geldtekort
B
Onverwacht geldtekort
C
Voor de rente
D
Voor een huis

Slide 68 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn hier de kredietkosten?
A
€ 1.500
B
73 x 30 = € 2.190
C
2.190 - 1.500 =€ 690
D
2.190 + 1.500 =€ 3.690

Slide 69 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een hypothecaire lening?
A
Een lening voor een auto
B
Een lening voor een telefoon
C
Een lening voor een vakantie
D
Een lening voor de aankoop van een huis

Slide 70 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 71 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 72 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 73 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 74 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 75 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HUISWERK: zie bord
Vooruitblik
Ik weet wat ik moet leren/kennen voor de volgende les.
Ja, alles is duidelijk.
Nee, ik heb nog wel een vraag of meerdere vragen.
Zo ongeveer, ik moet er nog even goed naar kijken.

Slide 76 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie:
wat vond je van deze les?
interessant
duidelijk
onduidelijk
te snel
te langzaam
leerzaam
iets anders

Slide 77 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
In deze les..
heb ik actief meegedaan en heb ik iets geleerd
heb ik actief meegedaan, maar had ik meer kunnen leren
had ik actiever mee kunnen doen, ik heb weinig geleerd
Ik heb niet actief meegedaan en niet veel geleerd.

Slide 78 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

HUISWERK: zie bord
Vooruitblik
Ik weet wat ik moet leren/kennen voor de volgende les.
Ja, alles is duidelijk.
Nee, ik heb nog wel een vraag of meerdere vragen.
Zo ongeveer, ik moet er nog even goed naar kijken.

Slide 79 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie:
wat vond je van deze les?
interessant
duidelijk
onduidelijk
te snel
te langzaam
leerzaam
iets anders

Slide 80 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
In deze les..
heb ik actief meegedaan en heb ik iets geleerd
heb ik actief meegedaan, maar had ik meer kunnen leren
had ik actiever mee kunnen doen, ik heb weinig geleerd
Ik heb niet actief meegedaan en niet veel geleerd.

Slide 81 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 82 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies