Johan de Witt Scholengroep

15.4 conjunctuurbeleid

Leerdoelen paragraaf 4: conjunctuurbeleid
  1. Je kunt uitleggen wat automatische stabilisatoren zijn en hoe deze de conjunctuur kunnen beïnvloeden.
  2. Je kunt uitleggen wat een anticyclisch en procyclisch begrotingsbeleid is en hoe dit beleid de conjunctuur kan beïnvloeden.
  3. Je kunt uitleggen wat inverdien- en uitverdieneffecten zijn bij het begrotingsbeleid van de overheid.
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen paragraaf 4: conjunctuurbeleid
  1. Je kunt uitleggen wat automatische stabilisatoren zijn en hoe deze de conjunctuur kunnen beïnvloeden.
  2. Je kunt uitleggen wat een anticyclisch en procyclisch begrotingsbeleid is en hoe dit beleid de conjunctuur kan beïnvloeden.
  3. Je kunt uitleggen wat inverdien- en uitverdieneffecten zijn bij het begrotingsbeleid van de overheid.

Slide 1 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Conjunctuurschommelingen kunnen zichzelf versterken:

Slide 2 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Conjunctuurschommelingen kunnen zichzelf versterken:

Door afnemende vraag, daalt ook de productie.

Slide 3 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Conjunctuurschommelingen kunnen zichzelf versterken:

Door afnemende vraag, daalt ook de productie.
Lagere bezettingsvraag zorgt voor minder vraag aan arbeid.

Slide 4 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Conjunctuurschommelingen kunnen zichzelf versterken:

Door afnemende vraag, daalt ook de productie.
Lagere bezettingsvraag zorgt voor minder vraag aan arbeid.
Lonen worden omgezet in een werkloosheidsuitkering.

De vraag naar producten daalt verder en de economie zakt verder weg in laagconjunctuur.

Slide 5 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Conjunctuurschommelingen kunnen zichzelf versterken:

Door afnemende vraag, daalt ook de productie.
Lagere bezettingsvraag zorgt voor minder vraag aan arbeid.
Lonen worden omgezet in een werkloosheidsuitkering.

De vraag naar producten daalt verder en de economie zakt verder weg in laagconjunctuur.

Slide 6 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Conjunctuurschommelingen kunnen worden gedempt door
ingebouwde stabilisatoren in onze economie:
1. Sociale zekerheidsstelsel




Ingebouwde stabilisatoren:
In het verleden genomen overheidsmaatregelen die zorgen voor een demping van de conjunctuur.

Doordat het inkomen bij werkloosheid niet volledig weg valt, maar wordt vervangen door een uitkering, wordt de koopkrachtafname beperkt tijdens laagconjunctuur.

Slide 7 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Conjunctuurschommelingen kunnen worden gedempt door
ingebouwde stabilisatoren in onze economie:
1. Sociale zekerheidsstelsel


2. Progressief belastingstelsel





Ingebouwde stabilisatoren:
In het verleden genomen overheidsmaatregelen die zorgen voor een demping van de conjunctuur.

Doordat het inkomen bij werkloosheid niet volledig weg valt, maar wordt vervangen door een uitkering, wordt de koopkrachtafname beperkt tijdens laagconjunctuur.
Doordat de gemiddelde belastingdruk toeneemt bij inkomensstijging, stijgt het besteedbaar inkomen minder hard tijdens hoogconjunctuur.

Slide 8 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Conjunctuurschommelingen kunnen worden gedempt door
ingebouwde stabilisatoren in onze economie:
1. Sociale zekerheidsstelsel


2. Progressief belastingstelsel


3. Invoeren minimumloon


Ingebouwde stabilisatoren:
In het verleden genomen overheidsmaatregelen die zorgen voor een demping van de conjunctuur.

Doordat het inkomen bij werkloosheid niet volledig weg valt, maar wordt vervangen door een uitkering, wordt de koopkrachtafname beperkt tijdens laagconjunctuur.
Doordat de gemiddelde belastingdruk toeneemt bij inkomensstijging, stijgt het besteedbaar inkomen minder hard tijdens hoogconjunctuur.

Slide 9 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
De overheid kan naast deze stabilisatoren ook actief 
conjunctuurbeleid voeren:
  • Anticyclisch conjunctuurbeleid (Keynes)



Anticyclisch:
Beleid waarbij de conjunctuurbeweging wordt afgevlakt.

    - Bestedingen stimuleren bij laagconjunctuur
      (belasting verlagen, overheidsbestedingen verhogen)

    - Bestedingen afremmen bij hoogconjunctuur
      (belastingen verhogen, overheidsbestedingen beperken)

Slide 10 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
De overheid kan naast deze stabilisatoren ook actief 
conjunctuurbeleid voeren:
  • Anticyclisch conjunctuurbeleid (Keynes)





  • Procyclisch conjunctuurbeleid

Anticyclisch:
Beleid waarbij de conjunctuurbeweging wordt afgevlakt.

Procyclisch:
Beleid waarbij de conjunctuurbeweging wordt versterkt.

    - Bestedingen stimuleren bij laagconjunctuur
      (belasting verlagen, overheidsbestedingen verhogen)

    - Bestedingen afremmen bij hoogconjunctuur
      (belastingen verhogen, overheidsbestedingen beperken)

Slide 11 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Verschillende factoren belemmeren de overheid om anticyclisch conjunctuurbeleid goed toe te passen:
  • Stand van de conjunctuur lastig te bepalen
  • Goede timing is lastig
  • Politieke besluitvorming kost tijd
  • Anticyclische besluiten zijn politiek moeilijk aan kiezers te verkopen
  • Aantasting van het overheidssaldo




Slide 12 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Desondanks kan anticyclisch beleid door het inverdieneffect
toch een goed idee zijn:






Inverdieneffect:
Overheidsmaatregelen die zich gedeeltelijk terugverdienen.

Slide 13 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

15.4       Conjunctuurbeleid.
Naast een inverdieneffect, bestaat ook het uitverdieneffect:

Voorbeeld:
Belastingverhoging tijdens laagconjunctuur, zorgt ervoor dat de 
economie nog verder afremt en nog minder belastingopbrengsten
oplevert.




Uitverdieneffect:
Overheidsmaatregelen die zich juist niet terugverdienen en meer gaan kosten.

Slide 14 - Tekstslide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Maak opgave 19 en 20 op pagina 110.

Slide 15 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.